Gemeente de Ronde Venen / SNU en Stedin - Arrest

HR 28 oktober 2011 - LJN BQ9854 ,Gemeente de Ronde Venen / SNU en Stedin

Casus

Eneco (SNU) is de rechtsopvolgster van Gasbedrijf Centraal Nederland N.V. ('GCN') en exploiteert gas- en elektriciteitsnetten in de Gemeente de Ronde Venen. GCN heeft in 1989 een exploitatieovereenkomst voor onbepaalde tijd met de Gemeente gesloten. De overeenkomst geeft niets aan over opzegging en ook niet in een door GCN te betalen vergoeding voor het hebben van de leidingen in de gemeentegrond. De kosten van een noodzakelijke verplaatsing van leidingen zijn voor rekening van de gemeente.

In 2006 heeft de gemeente Eneco in kennis gesteld van haar besluit de overeenkomsten op te zeggen en in plaats daarvan een publiekrechtelijke verordening vast te stellen. Reden voor de opzegging is dat de oude afspraken voortkomen uit de periode dat de nutsbedrijven publiekrechtelijke lichamen waren. Eneco heeft als één van de 'oude' nutsbedrijven in de gemeente een bevoorrechte positie ten opzichte van de andere spelers op de energiemarkt. Deze ongelijkheid is reden voor de gemeente om alle oude privaatrechtelijke regelingen op energiegebied op te zeggen.

Op 19 oktober 2006 is de verordening vastgesteld en hierin is opgenomen dat de kosten van een eventueel noodzakelijke verplaatsing van leidingen en kabels niet voor rekening van de gemeente zijn, maar voor de eigenaar ervan, tenzij kabels en leidingen minder dan vijftien jaar in de grond liggen. Eneco hoeft (zoals voorheen) geen vergoeding te betalen voor het mogen hebben van de leidingen en kabels in de gemeentegrond.

Stedin is netbeheerder in de gemeente. Eneco en Stedin stellen dat het opzeggen van de overeenkomsten niet rechtsgeldig is geweest. Zij geven aan dat de redenen van de gemeente voor de opzegging niet voldoende zwaarwegend zijn. Zij eisen een verklaring voor recht dat de opzegging zonder rechtsgevolg is gebleven. Ook vorderen zij een verklaring voor recht dat de gemeente geen redelijke opzegtermijn in acht heeft genomen en daarom schadeplichtig is.

Rechtbank en Hof

De rechtbank heeft de vorderingen afgewezen. Zij achtte de redenen van de gemeente voldoende rechtvaardiging meebrengen voor de opzegging. Ook is het opzegtermijn van iets meer dan 3 maanden redelijk.

In hoger beroep stelt het hof dat er geen rechtsgeldige opzegging is geweest. Dit omdat de oude overeenkomsten inhouden dat de kosten van verlegging voor rekening van de gemeente zijn, deze een relevante waarde vertegenwoordigen voor Eneco en Stedin en dat daarom de eisen van de redelijkheid en billijkheid in verband met de omstandigheden van het geval meebrengen dat de gemeente voor de opzegging van de overeenkomsten een voldoende zwaarwegende grond dient te hebben. Volgens het hof is hiervan geen sprake.

Hoge Raad

De hoge Raad geeft aan dat onder welke voorwaarden een duurovereenkomst voor onbepaalde tijd opzegbaar is, wordt bepaald door de inhoud daarvan en door de van toepassing zijnde wettelijke bepalingen. Als, zoals i.c., wet en overeenkomst niet voorzien in een regeling van de opzegging, geldt dat de overeenkomst in beginsel opzegbaar is. De redelijkheid en billijkheid kunnen meebrengen dat opzegging alleen kan wanneer een voldoende zwaarwegende grond voor de opzegging bestaat. Ook kan hieruit voortvloeien dat een bepaalde opzegtermijn in acht moet worden genomen of dat de opzegging gepaard moet gaan met het aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding.

I.c. gaat het om duurovereenkomsten waar kabels en leidingen van Eneco in gemeentegrond liggen, zonder dat Eneco daarvoor een tegenprestatie verschuldigd is. De kosten van een noodzakelijke verplaatsing zijn voor rekening van de Gemeente. Dat komt omdat de energielevering voorheen werd gezien als een overheidstaak, die aanvankelijk werd uitgevoerd door nutsbedrijven dan wel bedrijven zonder specifiek winstoogmerk. Door de liberalisering van de energiemarkt is dit anders geworden.

Als de opzegging rechtsgeldig is, wordt de verhouding tussen de eigenaar van de grond waar de kabels van Eneco liggen (nl.Gemeente) en Eneco verder beheerst door de verordening.

Dat Eneco geen tegenprestatie verschuldigd is voor het hebben van de kabels en leidingen in de gemeentegrond, wordt onder de verordening voortgezet. Alleen de kostenvergoeding bij verplaatsing is veranderd. De mogelijkheid bestaat van nadeelcompensatie bestaat alleen nog. Volgens de Gemeente zou er alleen aanspraak op nadeelcompensatie bestaat als de kabels en leidingen minder dan 15 jaar in de grond liggen.

I.c. brengen de eisen van redelijkheid en billijkheid niet mee dat de Gemeente, in verband met het feit dat de vergoeding van de kosten van een noodzakelijke verlegging onder de verordening minder gunstig wordt voor Eneco, een zwaarwegende grond voor de opzegging dient te hebben. De Hoge Raad komt tot vernietiging van het arrest.

Kern

Als wet en overeenkomst niet voorzien in een regeling voor opzegging, dan is een duurovereenkomst voor onbepaalde tijd in beginsel opzegbaar. De eisen van redelijkheid en billijkheid kunnen meebrengen dat opzegging slechts mogelijk is als daarvoor een voldoende zwaarwegende grond bestaat. Het hof heeft i.c. onterecht aangenomen dat de gemeente een voldoende zwaarwegende grond voor opzegging nodig had, enkel omdat voor de overeenkomst een voor het nutsbedrijf ongunstiger (publiekrechtelijke) regeling in de plaats trad.

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Content categories
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.