A sexual abuse case study: Children's memories and reports - Leander et al (2007) - Artikel


Kind rapportage van seksueel misbruik

Getuigenisverklaringen van misbruikte kinderen zijn vaak incompleet en fragmentarisch. Kinderen laten seksuele informatie vaak na, of ontkennen dat seksuele handelingen gebeurd zijn. Als ze wel over seksueel misbruik vertellen, is het vaak accuraat. Kinderen onthouden stressvolle gebeurtenissen vaak goed. Zijn nalatigheidsfouten in seksueel misbruik gevallen door gebrek aan geheugen of bewust achterhouden? Cognitieve factoren die negatief geassocieerd zijn met het vermogen tot rapporteren over seksueel misbruik zijn: beperkte geheugencapaciteit (geen blijvende herinnering van misbruik voor derde jaar), beperkte taalcapaciteit en beperkte kennis over seksuele handelingen. De beperkte kennis over de ernst van seksueel misbruik van jonge kinderen kan rapportage compliceren (denken dat alle volwassenen zo zijn) of faciliteren (niet bekend met de negatieve gevolgen van het vertellen). Jongere kinderen schamen zich niet altijd net als oudere kinderen, omdat ze zich niet bewust zijn van het taboe op seksueel misbruik.

Andere factoren die rapportage over seksueel misbruik bemoeilijken zijn schuld en verantwoordelijkheidsgevoel. Wellicht voelen jongere kinderen zich eerder verantwoordelijk dan oudere, door hun verhoogde egocentrisme of voelen juist oudere kinderen zich meer verantwoordelijk doordat ze denken dat ze het misbruik hadden kunnen voorkomen. Studies zijn niet eenduidig of jongere of oudere kinderen meer moeite hebben met rapporteren van seksueel misbruik.

Er is sprake van onwil om te praten over misbruik door de angst voor negatieve gevolgen, niet geloofd te worden of bedreiging. Kinderen met veel tegenzin om over seksueel misbruik te praten, hebben de hoogste angst. Loyaliteitsconflicten en angst voor de reacties van familie zijn ook factoren die het vertellen over misbruik in de weg staan. Het is moeilijker om te vertellen over intra familiaal misbruik dan over extra familiaal: bang om de familie op te breken of voor andere straffen als gevolg van onthulling. Daarnaast zorgt angst voor negatieve gevolgen voor anderen voor het niet vertellen over misbruik.

Huidige studie

Deze studie doet onderzoek naar kinderen die eenmalig seksueel misbruikt zijn door een onbekende en die dit herinnerd hebben en gerapporteerd hebben bij de politie. Bij een man thuis werd bewijs gevonden voor seksueel misbruik van kinderen. Hij bekent dat hij 17 kinderen misbruikt heeft, waarvan maar zes gevallen zijn gerapporteerd. Acht kinderen worden door de politie geïnterviewd. De onderzoekers vergeleken de rapportages van de kinderen met de bekentenis van de dader.

De studie focust op de hoeveelheid en het type informatie dat gerapporteerd is door de kinderen, het aantal ontkenningen of ‘onwil te rapporteren’ en het aantal seksuele beweringen die niet door documentatie geverifieerd zijn.

Methode

Er is gekeken naar data van twee jongens en zes meisjes: interviews door politieagenten met kinderen, ouders, broer/zus, personeel van kinderdagverblijf en getuigen. In sommige gevallen waren er foto’s van het seksueel misbruik en interviews met de dader. De dader was een vreemde voor elk kind en misbruikte ze in openbare locaties. Het seksueel misbruik is geverifieerd door foto’s gemaakt door de dader, medisch onderzoek of technisch bewijs (geïdentificeerd sperma op bank waar misbruik plaatsvond), of een statement van de dader. Er is weinig reden om de betrouwbaarheid van de bekentenis van de dader te betwijfelen, omdat het overeenkwam met de  rapportages van de kinderen.

Resultaten

Kind rapportage

Er is maar een kleine steekproef gebruikt. Alle kinderen vertelden over wat er voor het misbruik gebeurd was, wat aangeeft dat ze het herinnerden en de reden voor het interview duidelijk was. Ze gaven ook allemaal informatie over na het misbruik, al was dit minder dan de pre-details. Er waren maar twee kinderen die gedetailleerd vertelden over seksueel misbruik zelf (5 helemaal niet, 1 een beetje). Eén op vijf details ging over seksueel misbruik zelf, de andere waren sensitief of neutraal.

De jongste kinderen (3-5 jaar bij misbruik) ontkenden het meest en oudste kinderen het minst. Het jongste kind (3 jaar) rapporteerde de minste details. De meeste details kwamen van de twee oudste kinderen (9 en 10). Over het algemeen kwamen de rapportages van het kind sterk overeen met die van de dader.

Discussie

Herinneren vs. vertellen

De meeste kinderen rapporteerden geen seksuele details, terwijl elk kind de gebeurtenis wel herinnerde omdat ze neutrale details gaven. Er zijn echter wel redenen te geloven dat de seksuele details net zo goed onthouden worden. Kinderen kunnen stressvolle gebeurtenissen goed onthouden, zelfs op driejarige leeftijd. Centrale details worden beter herinnerd dan perifere details. Waarschijnlijk vertelden de kinderen dus bewust niet over de seksuele informatie.

Intra- vs. extra familiaal misbruik

Er komen vooral veel nalatigheidsfouten en delayed disclosure voor bij kinderen, die misbruikt zijn door familieleden. Dit kan verklaard worden door loyaliteit aan de dader, angst voor negatieve gevolgen voor zichzelf en de familie. In dit geval was de dader onbekend, en zijn er dus geen loyaliteitsconflicten. Daarnaast waren de kinderen niet bedreigd door de dader, dus kinderen zouden niet bang moeten zijn voor straf of ernstige negatieve gevolgen bij rapportage van misbruik. Huidige resultaten laten echter zien dat ook kinderen, die extra familiaal misbruikt zijn, moeite hebben met onthullen.

Reflecties op nalatigheidsfouten

De onmiddellijke reactie van angst en trauma kan groter zijn als het kind door een vreemde misbruikt wordt in plaats van door een bekend persoon. Het beschadigd de integriteit van het kind, waardoor repressie kan ontstaan. Repressie en dissociatie komen echter vaker voor bij langdurende, herhaalde trauma’s dan bij eenmalige, kortdurende traumatische gebeurtenissen. Repressie kan ook geheugenverlies verklaren, evenals verminderde efficiëntie in het herinneren van informatie voor- en na seksueel misbruik. In deze studie is geen bewijs voor retrograde of anterograde amnesie gevonden.

Wellicht vonden de jongste kinderen het moeilijk, door hun beperkte taalcapaciteit en begrip van de gebeurtenis, zichzelf te uiten. Echter heeft onderzoek uitgewezen dat kinderen vanaf drie jaar een stressvolle gebeurtenis herinneren en erover kunnen praten. Daarnaast is er schaamte om over seksuele details te praten. Wellicht speelt schuld ook een rol, misschien hebben de jonge kinderen door hun verhoogde egocentrisme het idee dat ze verantwoordelijk zijn voor het misbruik

Pre- vs. post-misbruik informatie

Kinderen rapporteerden meer details over wat er voor seksueel misbruik gebeurde, dan over wat erna gebeurde. Wellicht wordt dit verklaard door de hoge emotionele opwinding, die resulteert in een reductie van aandacht beschikbaar om details van post-misbruik te verwerken of door pogingen om met misbruik om te gaan, waardoor de efficiëntie in verwerking verminderd.

Leeftijd en rapportage

Het jongste kind had de meeste moeite om te vertellen over seksuele en neutrale details. Dit komt wellicht door een gebrek aan adequate concepten om te begrijpen wat er gebeurd was of gebrek aan de verbale vaardigheden, nodig om erover te praten. De meeste seksuele informatie kwam van kinderen van zes en negen jaar. Zij gaven ook veel details van voor en na het misbruik. Een meisje van tien jaar praatte niet over seksuele details, wellicht door schaamte of ze wilde zich liever focussen op minder kritieke informatie. Er is dus geen duidelijk patroon tussen leeftijd en rapportage over seksuele details.

Ontkenning

De vijf jongste kinderen hadden de grootste tegenzin om te praten over het seksueel misbruik wanneer ze antwoorden op vragen van interviewer, ook als de vragen suggereerden dat er iets gebeurd was. Dit geeft aan dat kinderen moeite hebben met rapporteren van seksueel misbruik.

Accuraatheid en niet-ondersteunende beweringen

De rapportages van de kinderen kwamen goed overeen met die van dader. Ze waren hoog in accuraatheid. Er werd maar één niet-seksuele bewering gedaan die niet ondersteund werd door de dader of documentatie.

Beperkingen

Wellicht werden er in het onderzoek teveel vragen gesteld over neutrale in plaats van seksuele informatie.

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Vintage Supporter
Promotions
verzekering studeren in het buitenland

Ga jij binnenkort studeren in het buitenland?
Regel je zorg- en reisverzekering via JoHo!

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
[totalcount] 2
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.