Hoe zit het Europese recht in elkaar, en wat zijn de deelgebieden?

Hoe wordt Europees Recht gevormd?

  • De Europese Unie (hierna ‘EU’) is een bijzondere internationale organisatie, in die zin dat zij een ‘politieke gemeenschap in wording’ is.
  • De EU groeit in het aantal lidstaten, complexiteit en taken. In de loop van deze ontwikkeling vormt zich het Europees recht, bestaande uit juridische regels, besluiten, feiten en structuren.
  • De EU kan gezien worden als een maatschappelijk verband tussen lidstaten. Kenmerken van dit verband zijn de ongebroken continuïteit sinds 1951 en de herhaalde schoksgewijze vernieuwing.

Welke functie heeft het recht in de Unie?

  • Het recht in de Unie heeft zes functies:
    • Politiek: Europese landen binden door politieke processen
    • Historisch: in verdragen grote stappen vastleggen
    • Instrumenteel: door middel van regelgeving gestelde doelen nastreven
    • Conflictoplossend: geschillen beslechten
    • Sociaal-economisch: welvaart en solidariteit vermeerderen door het vergemakkelijken van uitwisseling van bijvoorbeeld diensten
    • Individueel: burgers handelingsmogelijkheden en bescherming bieden tegen overheden en elkaar
  • De ontwikkeling van de Unie wordt niet door het recht veroorzaakt of bepaald: rechtsontwikkeling is geen zelfstandige doelstelling (de doelstellingen zijn politiek en economisch). Toch is aan de hand van juridische ontwikkelingen de geschiedenis goed in kaart te brengen. Voorbeelden van deze juridische ontwikkelingen zijn het sluiten van verdragen, toonaangevende arresten, etc. Tezamen worden deze ontwikkelingen aangeduid als ‘rechtsgeschiedenis’.

Welke instellingen en rechtsbronnen heeft de EU en hoe zijn ze ontwikkeld?

  • De Europese Unie is institutioneel gezien de meest ontwikkelde organisatie van alle bestaande internationale organisaties. Dit volgt bijvoorbeeld uit het feit dat de Unie bestaat uit meer dan één instelling en de zelfstandige bevoegdheden die deze instellingen hebben.
  • In een andere internationale organisatie is er slechts één meest belangrijke instelling, namelijk de raad van regeringsvertegenwoordigers. Binnen de Unie is de macht echter verspreid over een aantal specifieke instellingen (zie art. 13 VEU).
  • De Unie beschikt over één institutioneel kader met:
    • het Europees Parlement
    • de Raad
    • de Commissie
    • het Hof van Justitie
    • de Rekenkamer
    • de Europese Raad
    • de Europese Centrale Bank

Wat is de formele basis van de EU?

  • De aard en de ontwikkeling van de Unie zijn in grote mate gevormd door het recht. Rechtsprincipes als legaliteit en grondrechten zijn ook in de Unie van groot belang.
  • Sinds het Van Gend & Loos arrest is het begrip de 'eigen rechtsorde' een kernbegrip binnen de Unie. Een rechtsorde is moeilijk te definiëren: onder een rechtsorde kan men verstaan een afzonderlijk stelsel van recht dat zijn eigen ontwikkeling beheerst, via juridische procedures en vooral door een eigen rechter. De rechtsorde kent ook zijn eigen leerstukken en doctrine of rechtsgeleerd specialisme. Uit het karakter van de ‘eigen rechtsorde’ volgt dat het recht van de Unie een bepaalde autonomie heeft ten opzichte van de lidstaten en ten opzichte van het algemene internationale recht.
  • De rechtsorde kan als een aspect van een rechtsgemeenschap worden gezien, waarin handelingen van gezaghebbers aan het constitutionele handvest door het Hof van Justitie worden getoetst. De rechtsorde van de EU heeft het karakter van een rechtsstaat door toepassing van het legaliteitsbeginsel en respect voor grondrechten en andere fundamentele vrijheden..

Wat zijn de procedures van wetgeving, uitvoering en controle van de EU?

  • Sinds het Verdrag van Lissabon lijkt de wetgevingsfunctie van de Unie steeds meer op die van haar lidstaten.
  • Ook al is de Unie geen staat, ze heeft wel wetgevende instellingen en wetgevingsprocedures en kent wettelijke handelingen.
  • Het legaliteitsbeginsel eist dat alle uitvoering op wetgeving moet zijn gebaseerd.
  • Wetgevende handelingen zijn onder te verdelen in twee hoofdvormen: de gewone en de bijzondere wetgevingsprocedure. Veel verdragsbepalingen zijn voor hun praktische werking afhankelijk gesteld van nadere regelgeving, denk aan Europese wetgevende handelingen in de vorm van richtlijnen, verordeningen of besluiten (artikel 288 VWEU). De oude codecisieprocedure (het EP en de Raad waren in het wetgevingsproces gelijk) is omgedoopt tot ‘gewone wetgevingsprocedure’, en het toepassingsbereik van de procedure is vergroot.
  • Daarnaast blijven er ook procedures bestaan met een wetgevende rang, de ‘bijzondere wetgevingsprocedures’. De verordeningen, richtlijnen en besluiten die volgens de gewone of bijzondere wetgevingsprocedures worden vastgesteld worden ‘wetgevingshandelingen’ genoemd (artikel 289 lid 3 VWEU). De gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen worden de niet-wetgevende handelingen genoemd.

Wat is het verband tussen extern unierecht en buitenlandse betrekkingen?

  • Het recht van de externe betrekkingen van de Unie komt voort uit historische ontwikkelingen die worden gekenmerkt door twee motieven. Aan de ene kant is er een sterke organische groei van de externe bevoegdheden van de Unie geweest als gevolg van groei van de interne bevoegdheden. Deze groeit kwam vooral voort uit de toepassing van de zogenaamde ‘implied powers’ benadering van het Hof van Justitie. Hierdoor ontwikkelde de EU zich langzaam tot een grootmacht in de externe economische politiek.
  • Ondanks deze groei bleef het wenselijk vanuit de buitenlands-politieke elite van de lidstaten om een gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid te ontwikkelen. Dit moest in de ogen van een heleboel lidstaten wel intergouvernementeel gebeuren door de ermee gemoeide externe soevereiniteit.
  • Het Verdrag van Lissabon voegde de eerste pijler (externe economische en ontwikkelingspolitiek) en de tweede pijler (gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid) samen in één extern optreden van de Unie, zie artikelen 21 en 22 VEU. De intergouvernementele methode blijft wel voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) en het gemeenschappelijke veiligheids- en defensiebeleid (GVDB) de regel, zie artikel 24 lid 1 VEU.
  • Het overige externe optreden van de EU kent de communautaire methode. Er moet dan ook nog steeds onderscheid worden gemaakt tussen aan de ene kant het externe optreden van de Unie dat wordt beheerst door het VWEU en aan de andere kant het externe optreden van de Unie dat wordt geregeerd door het VEU. Dit onderscheid is lastig in situaties waarin beide verdragen een rol spelen.

Hoe verloopt de ontwikkeling van monetaire naar economische unie?

  • De economische en monetaire unie is relatief jong terrein vergeleken met de interne markt.
  • Eerstgenoemde dateert van het Verdrag van Maastricht uit 1992 met invoering van de euro als munt in 2002.
  • De euro werd getroffen door de crisis, die het gevolg is van de financiële crisis in de VS (2008). Deze eurocrisis is voor een groot deel te wijten aan een discrepantie tussen de monetaire unie, die voltooid is, en de economische unie, die gebrekkig is gebleken. De crisis geeft dan ook aanleiding tot een snelle ontwikkeling van de economische unie.

 Wat zijn de formele mijlpalen tussen 1950-2016 geweest bij de opbouw van de EU?

  • Schuman Verklaring (1950)
  • Verdrag van Parijs (1951)
  • Verdragen van Rome (1957)
  • Empty Chair Crisis (1965)
  • Luxemburg Akkoord (1966)
  • Single European Act (1988)
  • Val Duitse muur (1989)
  • Verdrag van Maastricht (1992)
  • Verdrag van Amsterdam (1997)
  • Verdrag van Nice (2000)
  • Grondwettelijk Verdrag (2004)
  • Verdrag van Lissabon (2007)

Wat betekent het om burger van de Europese Unie te zijn?

  • Iedereen die de nationaliteit van één van de lidstaten heeft, is burger van de Unie. Het Europees burgerschap is een aanvulling op het nationale staatsburgerschap. Doordat het Europees burgerschap afhankelijk is van de nationaliteit van een lidstaat, blijven het de lidstaten die door middel van hun nationaliteitswetgeving bepalen wie er burger van de Unie is. Lidstaten dienen wel de toekenning van nationaliteit door andere lidstaten te accepteren.
  • In artikel 20 lid 2 VWEU is een (niet limitatieve) opsomming opgenomen van de rechten verbonden aan dit Europees burgerschap. Deze rechten zijn grofweg in twee groepen in te delen: politieke en publieke rechten (zoals kiesrecht) en persoonlijke rechten van verkeer of verblijf.
  1. De politieke en publieke rechten vinden hun oorsprong in het Verdrag van Maastricht en zijn nauw verbonden aan de Unie als een politieke gemeenschap in wording.

  2. kiesrecht voor de verkiezingen voor het Europees Parlement

  3. recht op diplomatieke en consulaire bescherming in een land buiten de EU door een lidstaat waarvan hij geen onderdaan is

  4. recht om door middel van het zogenoemde ‘burgerinitiatief’de Europese Commissie op te roepen over een bepaald onderwerp een wetsvoorstel in te dienen (artikelen 11 lid 4 VEU en 24 lid 1 VWEU)

  5. Persoonlijke burgerschapsrechten

  • Deze rechten dateren van voor het Verdrag van Maastricht en zijn nu onder andere te vinden in artikel 18 VEU (verbod van discriminatie op grond van nationaliteit). Het Hof heeft de verkeersrechten van Europese burgers na 1993 een principiële onderbouwing gegeven, dit volgt uit het arrest Grzelczyk. Daarnaast is het belang van het recht op vrij verkeer en verblijf binnen de Unie, art. 21 VWEU, toegenomen in de rechtspraak. Een lidstaat mag een Unieburger niet zomaar van weerhouden zich vrij op het grondgebied van de lidstaten te verplaatsen en vrij te verblijven (net als in het vrij verkeer van goederen).

Tegen wie kunnen bepaalde rechtsgangen worden ingezet?

  • Om de uit het Europees recht voortvloeiende rechten en plichten af te dwingen en effectief te maken stelt het Europees recht naast doorwerking ook rechtsgangen (het stelsel van Europese rechtsbescherming) ter beschikking.
  • Er zijn rechtsgangen die kunnen worden ingezet om schendingen van Europees recht door lidstaten aan te pakken, rechtsgangen gericht tegen beslissingen en nalatigheden van de Unie-instellingen en tenslotte rechtsgangen gericht tegen schendingen van particulieren.

Wat is het recht van de markt?

  • Het begrip ‘interne markt’ vormt nog steeds het hart van het materiële gemeenschapsrecht.
  • Het recht van de markt is van grote invloed geweest op het ontstaan en ontwikkelen van leerstukken van het Europees recht, zoals dat van non-discriminatie, proportionaliteit, etc.
  • De markt is een van de grote gebieden van inhoudelijke integratie (het bijeenbrengen van afzonderlijke delen onder een gemeenschappelijke noemer). De doctrine onderscheidt negatieve integratie (passief, door middel van verbodsbepalingen in het primaire recht, de verdragen) en positieve integratie (actieve integratie, door het uitvaardigen van de Europese regels van afgeleid recht).

Hoe wordt de vrije markt binnen de EU gereguleerd? (NB. Engelse tekst)

  • EU competition policy is undergoing a significant shift in economic theory and political ideology as well as in its institutional enforcement structure. In this chapter you will see that, from a political perspective, competition policy in the EU originally promoted core values: competition, the integration of the internal market and economic efficiency.
  • Today economic efficiency and consumer welfare play a more significant role in motivating competition law enforcement than other values. The role of economic analysis in resolving competition cases takes centre stage.
  • Three themes underpin the economic approach favoured by the Community: 1) consumer welfare, 2) market power and 3) pluralism. 
  • Significant number of public policy considerations affect decisions in competition cases. The transformation of the political and economic paradigms began in the 1990s, but has accelerated in recent years. The reason for the speeding up is that institutionally, the focus of enforcement is shifting from the Commission and towards National Competition Authorities, regulatory agencies and courts. These institutional changes are brought about by Regulation 1/2003. The exclusive application of economics to resolve competition cases can ensure greater coherence among institutions enforcing the competition law.

Op welke manieren werkt het Europees recht op eigen gezag in de nationale wetgeving?

  • Een rechtzoekende is voor zijn of haar rechtsbescherming van Europese rechten vrijwel altijd aangewezen op nationale instanties.
  • Sinds het Verdrag van Lissabon is een lidstaat verplicht te voorzien in ´de nodige rechtsmiddelen om daadwerkelijke rechtsbescherming op de onder het recht van de Unie vallende gebieden te verzekeren´, zie artikel 19 lid 1 tweede alinea VEU.
  • Uitvoering en toepassing van het Unierecht vinden plaats in nauwe samenwerking tussen de Europese en nationale autoriteiten. Doorwerking is de verzamelterm van de verschillende manieren waarop het Europees recht op eigen gezag uitwerkt in de nationale wetgeving.
  • Drie van deze manieren komen aan bod:
    • Rechtstreekse/directe werking;
    • Conforme interpretatie;
    • Overheidsaansprakelijkheid.

Hoe werkt het gedeelde gezag tussen lidstaten en de Unie?

  • Een van de belangrijkste onderwerpen is het gedeelde gezag tussen de lidstaten en de Unie. Er is niet alleen gedeeld gezag in het recht, maar ook gedeeld bestuur en gedeelde democratie. De lidstaten van de Unie delen een Europese ‘eigen rechtsorde’ die ‘deel is van de nationale rechtsorde’. De lidstaten delen bestuurlijke functies met en binnen de instellingen in Brussel en delen zelfs tot op zekere hoogte hun democratie met de Unie.

Bronnen en meer lezen?

  Chapters 

Teksten & Informatie

JoHo: paginawijzer

JoHo 'chapter 'pagina

 

Wat vind je op een JoHo 'chapter' pagina?

  •   JoHo chapters zijn tekstblokken en hoofdstukken rond een specifieke vraag of een deelonderwerp

Crossroad: volgen

  • Via een beperkt aantal geselecteerde webpagina's kan je verder reizen op de JoHo website

Crossroad: kiezen

  • Via alle aan het chapter verbonden webpagina's kan je verder lezen in een volgend hoofdstuk of tekstonderdeel.

Footprints: bewaren

  • Je kunt deze pagina bewaren in je persoonlijke lijsten zoals: je eigen paginabundel, je to-do-list, je checklist of bijvoorbeeld je meeneem(pack)lijst. Je vindt jouw persoonlijke  lijsten onderaan vrijwel elke webpagina of op je userpage
  • Dit is een service voor JoHo donateurs en abonnees.

Abonnement: nemen

  • Hier kun je naar de pagina om je aan te sluiten bij JoHo, JoHo te steunen en zelf en volledig gebruik te kunnen maken van alle teksten en tools.

Abonnement: checken

  • Hier vind je wat jouw status is als JoHo donateur of abonnee

Prints: maken

  • Dit is een service voor wie bij JoHo is aangesloten. Wil je een tekst overzichtelijk printen, gebruik dan deze knop.
JoHo: footprint achterlaten