Neuropsychologie is een subdiscipline van de psychologische wetenschap die gericht is op het bestuderen van de relatie tussen complexe eigenschappen van de hersenen en gedrag. Neuropsychologie is dus een manier om de hersenen te onderzoeken door gedrag te bestuderen. Neuropsychologie is sterk gegroeid sinds de jaren ’70. Tegenwoordig speelt neuropsychologie een belangrijke rol in het begrijpen van gedrag, maar dit is niet altijd zo geweest. Voorheen waren ideeën over hoe de hersenen functioneren meestal niet gebaseerd op wetenschappelijk bewijs. Grofweg waren er twee doctrines: vitalisme en materialisme. Vitalisme houdt in dat gedrag, waaronder denkprocessen, slechts gedeeltelijk door mechanische krachten wordt gestuurd en ook voor een deel zelfstandig bepaald wordt, los van chemische en fysische factoren. Extreme aanhangers van vitalisme stellen dat geesten of psychische fenomenen het observeerbare gedrag voor een groot deel verklaren. Materialisme wil zeggen dat logische krachten, zoals beweging en materie, relaties tussen hersenen en gedrag bepalen.
Vroege perspectieven
Het vroegste bewijs van neuropsychologische handelingen stamt uit de prehistorie. Er zijn archeologische bewijzen voor trephinatie, een chirurgische ingreep waarbij de schedel doorboord wordt om druk in de hersenen te verminderen. Oude Griekse wetenschappers vormden theorieën over de hersenen en gedrag. Heraclitus beschreef de menselijke geest als een enorme ruimte met onbereikbare uiteinden. Diverse wetenschappers, waaronder Pythagoras, onderschreven de breinhypothese, waarin gesteld wordt dat de hersenen de bron zijn van al het gedrag. Hippocrates leverde een belangrijke bijdrage aan de theorie over de hersenen. Hij stelde dat de hersenen de emoties, zintuigen en motoriek besturen. Volgens Plato bestond de geest uit drie delen eetlust, rede en temperament. Rede, het rationele deel, zou zich in de hersenen bevinden. Aristoteles stelde, in tegenstelling tot bovenstaande Griekse wetenschappers, dat het hart in plaats van de hersenen de basis was van emoties – dit wordt de cardiac hypothesis genoemd.
Volgens de celdoctrine, die herleid kan worden tot het oude Egypte, ligt de basis van mentale capaciteiten en beweging in de ventrikelen. Dit wordt ook wel de ventriculaire lokalisatiehypothese genoemd. Een andere theorie was die van Galenus, die stelde dat fysieke functies, waaronder die in de hersenen, door de balans tussen lichamelijke sappen bepaald worden. Pas in de 16e eeuw werd deze theorie ontkracht door het werk van Vesalius, die met gecontroleerd anatomisch onderzoek aantoonde dat het perspectief van Galenus onjuist was. Hij was de eerste wetenschapper die de menselijke anatomie gedetailleerd in kaart bracht.
In de 17e eeuw werd gezocht naar een specifieke locatie in de hersenen die mentale processen stuurde. Het bekendste voorbeeld is de theorie van Descartes, die stelde dat de pijnappelklier de zetel van mentale capaciteiten was. Descartes heeft daarnaast belangrijke invloed gehad op het denken over de hersenen met zijn theorie over dualisme – de scheiding tussen lichaam en geest. Bovenstaande theorieën zijn voornamelijk afkomstig uit de Westerse wereld. In de Mediterrane en Afrikaanse wereld geloofde men sterk in goddelijke krachten als oorzaak van ziekten en mentale stoornissen. De Egyptenaren geloofden, in lijn met Aristoteles, dat de hersenen los staan van de menselijke geest. Ook in India prevaleerde dit idee, met name op basis van de Atharva Veda, een invloedrijk medisch naslagwerk, waarin gesteld werd dat de ziel non-materieel en onsterfelijk is.
Lokalisatietheorieën en equipotentialiteit
Volgens Gall bestonden de hersenen uit losse organen, aparte gebiedjes die ieder een specifieke functie bestuurden. Dit wordt frenologie genoemd. Hoewel dit idee inmiddels volledig verworpen is, vormde het de basis van lokalisatietheorie. In moderne theorieën worden specifieke functies nog altijd gekoppeld aan specifieke hersengebieden, hoewel duidelijk is dat het complexer is. In de negentiende eeuw bloeide het onderzoek naar functielokalisatie in de hersenen op. Er werden belangrijke bevindingen gedaan op het gebied van taal. Broca identificeerde een hersengebied in de linker posterieure frontaalkwab dat geassocieerd wordt met afasie van de spraakproductie. Wernicke ontdekte een gebied in de linker superieure temporaalkwab dat essentieel is voor taalbegrip. Deze gebieden zijn naar hen genoemd: het gebied van Broca voor taalproductie, en het gebied van Wernicke voor taalbegrip. Tegelijkertijd ontstond er kritiek op lokalisatietheorieën. Volgens Freud, die niet alleen psychoanalytische theorie opstelde maar ook neurologisch onderzoek deed, waren de afasieën van Broca en Wernicke niet zozeer gekoppeld aan de specifieke locatie in de hersenen maar aan een netwerk waar de gebieden van Broca en Wernicke deel van uitmaakten. Freud identificeerde ook een stoornis waarbij objectherkenning intact is, maar benoeming gestoord is: agnosie. Flourens leverde eveneens kritiek op de lokalisatietheorie. Door middel van hersenablatie bij vogels kwam hij tot de conclusie dat functiestoornissen afhankelijk waren van de ernst van de schade in plaats van de locatie. Met andere woorden: alle hersenweefsel is equipotentieel. Dit houdt in dat corticaal weefsel de functies van beschadigd weefsel kan overnemen.
Equipotentialiteit
Meerdere wetenschappers deden bevindingen die het idee van equipotentialiteit ondersteunden. Munk vond dat laesies in gebieden die niet direct met visuele functies te maken hadden, toch tot visuele stoornissen konden leiden. Een andere invloedrijke neuropsycholoog en voorstander van equipotentialiteit was Lashley, die onderzoek deed naar de effecten van hersenchirurgie. Hij ontwikkelde het principe van massawerking, wat inhoudt dat de mate van gedragsstoornissen afhankelijk is van de massa van verwijderd hersenweefsel.
Integratie van lokalisatie en equipotentialiteit
Diverse theorieën werden ontwikkeld waarin lokalisatie- en equipotentialiteitstheorieën geïntegreerd werden. Een van deze geïntegreerde theorieën is de theorie van Hughlings Jackson. Hij suggereerde dat de hogere mentale functies geen unitaire capaciteiten zijn, maar dat basisvaardigheden samen complexere hogere functies vormen. Hij stelde op basis hiervan dat gedrag het resultaat is van interacties tussen alle hersengebieden. Een andere geïntegreerde theorie is het functionele model van Luria. Deze Russische neuropsycholoog zocht naar een theorie die niet alleen stellingen van zowel lokalisatie- als equipotentialiteitstheorieën kon verklaren, maar die ook de inconsistenties kon verklaren. Hij kwam tot de benadering dat ieder gebied in het centraal zenuwstelsel betrokken is bij één van de drie basisfuncties, die hij units noemde:
Arousal (de hersenstam)
Perceptie (de posterieure gebieden)
Planning en controle (de (pre)frontale gebieden)
Luria stelde dat gedrag gebaseerd is op de interactie tussen de drie basisfuncties. Gedrag is dus een resultaat van het functioneren van het gehele brein.
Moderne neuropsychologische theorieën
Klinische neuropsychologie vindt zijn oorsprong in de medische wereld. Penfield was één van de bekendste neurochirurgen die belangrijke bijdragen heeft geleverd aan inzicht in de functionele anatomie van de hersenen. Hij gebruikte directe elektrische stimulatie tijdens wakkere hersenoperaties om uit te zoeken tot wat voor soort uitval dit leidde. Het eerste neuropsychologische laboratorium werd opgericht in 1935 door Halstead. Hij werkte met patiënten die neurochirurgie hadden ondergaan en ontwikkelde diagnostische instrumenten om hun gedrag te testen: de Halstead-Reitan Neuropsychological Battery. Van neuropsychologie als wetenschap wordt gesproken sinds deze door Teuber is gebruikt in een presentatie voor de APA. Vanaf de tweede helft van de 20e eeuw heeft de neuropsychologie een snelle groei doorgemaakt. Enkele belangrijke neuropsychologen zijn Hecaen en Benton, die onderzoek deden naar de rol van de rechter hemisfeer. Zangwill introduceerde neuropsychologie in Groot-Brittannië. Hij werkte met patiënten met hersenschade in de Tweede Wereldoorlog. Een andere belangrijke neuropsycholoog is Geschwind, de grondlegger van gedragsneurologie. Op het gebied van diagnostiek heeft Lezak een grote pioniersrol gespeeld.
Nieuwe ontwikkelingen
Tegenwoordig wordt neuropsychologie toegepast in de forensische psychologie, sportpsychologie en criminologie. Zo ontstaan er steeds meer toepassingsgebieden.
Voor toegang tot deze pagina kan je inloggen
Aansluiten en inloggen
Sluit je aan en word JoHo donateur (vanaf 5 euro per jaar)
Aansluiten en online toegang tot alle webpagina's
Sluit je aan word JoHo abonnee
Als donateur een JoHo abonnement toevoegen
Upgraden met JoHo abonnement (+ 10 euro per jaar)
Inloggen
Inloggen als donateur of abonnee
Hoe werkt het
Om online toegang te krijgen kun je JoHo donateur worden en een abonnement afsluiten
Vervolgens ontvang je de link naar je online account en heb je online toegang
Lees hieronder meer over JoHo donateur en abonnee worden
Ben je al JoHo donateur? maar heb je geen toegang? Check hier
Korte advieswijzer voor de mogelijkheden om je aan te sluiten bij JoHo
JoHo donateur
- €5,- voor wie JoHo WorldSupporter en Smokey Tours wil steunen - voor wie korting op zijn JoHo abonnement wil - voor wie van de basiskortingen in de JoHo support centers gebruik wil maken of wie op zoek is naar de organisatie achter een vacature - voor wie toegang wil tot de op JoHo WorldSupporter gedeelde samenvattingen en studiehulp
JoHo abonnees
- €20,- Voor wie online volledig gebruik wil maken van alle JoHo's en boeksamenvattingen voor alle fases van een studie, met toegang tot alle online HBO & WO boeksamenvattingen en andere studiehulp - Voor wie gebruik wil maken van de vacatureservice en bijbehorende keuzehulp & advieswijzers - Voor wie gebruik wil maken van keuzehulp en advies bij werk in het buitenland, lange reizen, vrijwilligerswerk, stages en studie in het buitenland - Voor wie gebruik wil maken van de emigratie- en expatservice
JoHo donateur met doorlopende reisverzekering
-
Sluit je via JoHo een jaarlijks doorlopende verzekering af dan kan je gedurende de looptijd van je verzekering gebruik maken van de voordelen van het JoHo abonnement: hoge kortingen + volledig online toegang + alle extra services. Lees meer
Abonnementen-advieswijzers voor JoHo services:
Abonnementen-advieswijzers voor JoHo services
- Check hier de advieswijzers voor samenvattingen en stages - vacatures en sollicitaties - reizen en backpacken - vrijwilligerswerk en duurzaamheid - emigratie en lang verblijf in het buitenland - samenwerken met JoHo
Steun JoHo en steun jezelf
Sluit je ook aan bij JoHo!
Steun JoHo door donateur te worden
en steun jezelf door ook een abonnement af te sluiten
- Keuzewijzer voor samenvattingen van Brain and Cognition - Custom edition UU - Kalat et al. - 3e druk
- Wat houdt cognitieve psychologie in? - Chapter 1
- Welke stappen zitten er tussen sensatie en perceptie? - Chapter 5.1
- Wat is de betekenis van perceptie in de cognitieve psychologie? - Chapter 3
- Wat is de betekenis van aandacht in de cognitieve psychologie? - Chapter 4
- Hoe leert de adapterende geest? - Chapter 8
- Wat zijn de theorieën over het kortetermijngeheugen en werkgeheugen? - Chapter 5
- Hoe werkt het langetermijngeheugen? - Chapter 6
- Hoe wordt informatie opgeslagen en opgehaald? - Chapter 7
- Welke rol speelt het dagelijks geheugen in de cognitieve psychologie? - Chapter 9
- Wat is de rol van kennis in de cognitieve psychologie? - Chapter 9
- Wat is de betekenis van taal in de cognitieve psychologie? - Chapter 11
- Hoe worden problemen opgelost? - Chapter 12
- Hoe worden beslissingen genomen? - Chapter 13
- Wat is de geschiedenis van neuropsychologie? - Chapter 1
- Hoe wordt neuropsychologisch onderzoek verricht? - Chapter 3
- Brain and Cognition (custom edition UU) - Kalat, Goldstein, Cacioppo, Zillmer et al - BulletPoints
- Brain and Cognition (custom edition UU) - Kalat, Goldstein, Cacioppo, Zillmer et al - Oefenen
- Geprinte samenvatting van Brain and Cognition - Custom edition UU - Kalat et al. - 3e druk
- Brain and Cognition, custom edition UU - Boek & JoHo's
- Keuzewijzer voor samenvattingen van Brain and Cognition - Custom edition UU - Kalat et al. - 3e druk
- Wat houdt cognitieve psychologie in? - Chapter 1
- Welke stappen zitten er tussen sensatie en perceptie? - Chapter 5.1
- Wat is de betekenis van perceptie in de cognitieve psychologie? - Chapter 3
- Wat is de betekenis van aandacht in de cognitieve psychologie? - Chapter 4
- Hoe leert de adapterende geest? - Chapter 8
- Wat zijn de theorieën over het kortetermijngeheugen en werkgeheugen? - Chapter 5
- Hoe werkt het langetermijngeheugen? - Chapter 6
- Hoe wordt informatie opgeslagen en opgehaald? - Chapter 7
- Welke rol speelt het dagelijks geheugen in de cognitieve psychologie? - Chapter 9
- Wat is de rol van kennis in de cognitieve psychologie? - Chapter 9
- Wat is de betekenis van taal in de cognitieve psychologie? - Chapter 11
- Hoe worden problemen opgelost? - Chapter 12
- Hoe worden beslissingen genomen? - Chapter 13
- Wat is de geschiedenis van neuropsychologie? - Chapter 1
- Hoe wordt neuropsychologisch onderzoek verricht? - Chapter 3
- Brain and Cognition (custom edition UU) - Kalat, Goldstein, Cacioppo, Zillmer et al - BulletPoints
- Brain and Cognition (custom edition UU) - Kalat, Goldstein, Cacioppo, Zillmer et al - Oefenen
- Geprinte samenvatting van Brain and Cognition - Custom edition UU - Kalat et al. - 3e druk
- Brain and Cognition, custom edition UU - Boek & JoHo's
Crossroads
- Crossroads lead you through the JoHo web of knowledge, inspiration & association
- Use the crossroads to follow a connected direction
JoHo & Partnernieuws