Biek Holding/ X c.s. - Arrest

Biek Holding/X c.s. (HR 15 maart 2013, NJ 2013, 290)

Feiten

In de periode van medio 1994 tot medio 2004 heeft verweerder 1 als advocaat werkzaamheden verricht in opdracht van Bouw- en Exploitatiemaatschappij Roham B.V. (eiseres tot cassatie) en de enig aandeelhouder van laatstgenoemde, Wide Alley Properties B.V. Verweerders 1, 2 en 3 zijn persoonlijk geen lid geweest van de maatschap.

Verweerder 1 (de advocaat) en verweerder 3 hebben sinds 1991 door middel van hun praktijkvennootschap deelgenomen in de maatschap. Verweerster 2 sinds 2000 door middel van haar praktijkvennootschap. Verweerder 5 is persoonlijk toegetreden tot de maatschap per 1 januari 2000. Zijn praktijkvennootschap is sedert begin 2003 in zijn plaats lid van de maatschap. Verweerder 4 is persoonlijk toegetreden tot de maatschap per 1 januari 1994. Zijn praktijkvennootschap is in zijn plaats lid van de maatschap sinds medio 2002.

Roham heeft verweerder 1 (de advocaat) opdracht gegevens een procedure te voeren. Roham en WAP verwijten later dat een aantal beroepsfouten zijn gemaakt.
Roham, eiseres tot cassatie, vordert in deze procedure verschillende bedragen van de verweerders wegens drie beroepsfouten van de advocaat. Het hof heeft de vorderingen afgewezen en stelt hiervoor dat Roham niet de juiste personen heeft gedagvaard.

Hoge Raad

De Hoge Raad moet kijken of de eiseres tot cassatie Roham de juiste personen heeft gedagvaard. Anders dan het hof heeft overwogen, volgt uit het feit dat met de maatschap is gecontracteerd, volgens de Hoge Raad niet dat de maatschap in rechte moet worden betrokken. Roham kon ook ervoor kiezen (mede) de individuele maten te dagvaarden en eventueel ook om de individuele maten (niet alleen als maat persoonlijk aan te spreken) aan te spreken op grond van persoonlijke aansprakelijkheid uit anderen hoofde dan hun lidmaatschap van de maatschap.
Degene die maat is op het tijdstip dat de in artikel 7:407 lid 2 BW bedoelde opdracht is aanvaard, is in beginsel op grond van die bepaling voor het geheel aansprakelijk ter zake van een tekortkoming in de nakoming daarvan. Degene die maat is op het tijdstip dat de betrokken schuld van de maatschap ontstaat, is daarvoor voor een gelijk deel aansprakelijk op grond van artikel 7A:1679-1681 BW. Anders dan het hof tot uitgangspunt heeft genomen, vallen geen nadere eisen te stellen voor persoonlijke aansprakelijkheid van de maten.

De door het hof in aanmerking genomen omstandigheid dat de advocaat zijn beroep uitoefent door middel van een praktijkvennootschap en het die vennootschap is die maat is van de maatschap, sluit niet uit dat de opdracht met het oog op zijn persoon is verleend, noch dat hij op grond daarvan persoonlijk aansprakelijk is voor tekortkomingen in de uitvoering van de opdracht.

De Hoge Raad komt tot de vernietiging van het arrest van het hof en verwijst de zaak ter verdere behandeling en beslissing naar het hof Den Haag. 

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.