Ga jij binnenkort studeren in het buitenland?
Regel je zorg- en reisverzekering via JoHo!
ABRvS 29 februari 2012, Administratiefrechtelijke Beslissingen (AB) 2013/235, m.nt. De Waard (Compagnie de Manutention)
Feiten
Bij besluit heeft het college aan Verbrugge Zeeland Terminals B.V. (VZT) een revisievergunning als bedoeld in artikel 8.4 lid 1 van de Wet milieubeheer verleend voor een inrichting voor de op- en overslag van stukgoederen, containers en auto’s aan de Engelandweg 12 in Vlissingen. Dit besluit is op 9 september 2010 ter inzage gelegd. VZT drijft een bedrijf voor de op- en overslag van stukgoederen, containers en auto’s. Gedurende de volgende 7 jaar wil VZT haar activiteiten gefaseerd plaats laten maken voor een containerterminal (Verbrugge Container Terminals, VCT). De andere activiteiten zullen in meerdere fases worden verplaatst naar andere inrichtingen van Verbrugge Terminals.
De aanvraag van VTZ heeft betrekking op meerdere activiteiten, zoals de op- en overslag van stukgoederen en containers (o.a. bosproducten, staal, metalen, wol tabak, auto’s), op- en overslag van staal platen en -profielen en windmolens, en een werkplaats voor onderhoud en reparatie. Ook zal er soms het in- en ontschepen van militaire konvooien plaatsvinden. De gefaseerde overgang naar een containerterminal waar de aanvraag voor bedoeld is, houdt in dat de activiteiten zich zullen concentreren op het op- en overslaan van containers.
De rechtspersonen naar Belgisch recht Cobeifret Rail N.V, en C.Gen N.y. uit Antwerpen (CdMR) voeren meerdere stelling aan tegen het besluit, en dan met name i.v.m. de externe veiligheid, de luchtkwaliteit en de vervoersbewegingen.
ABRvS
Op grond van artikel 46 lid 6 van de Wet op de Raad van State, kan de Afdeling het b.o. opdragen een gebrek in het bestreden besluit te herstellen of te laten herstellen.
De Afdeling stelt dat behoudens in geschillen waar de wet anders bepaalt, kunnen
ook na afloop van de beroepstermijn en, als die termijn is gegeven, nieuwe gronden worden ingediend. Die mogelijkheid wordt wel begrensd door de goede procesorde. Voor het antwoord op de vraag of de goede procesorde zich daar niet tegen verzet, is in het algemeen bepalend:
- een afweging van de proceseconomie
- de reden waarom de desbetreffende beroepsgrond pas in een later stadium is aangevoerd
- de mogelijkheid voor de andere partijen om adequaat op die beroepsgrond te reageren en
- de processuele belangen van de partijen over en weer.
Nu de nieuwe beroepsgrond eerst na het uitbrengen van het deskundigenbericht is ingediend, zodat de deskundige er in zijn deskundigenbericht niet op heeft kunnen ingaan en niet aannemelijk is geworden dat deze beroepsgrond niet eerder had kunnen worden ingediend, brengt een afweging van de proceseconomie en de processuele belangen over en weer mee dat het indienen van deze nieuwe beroepsgrond in strijd is met de goede procesorde. De Afdeling voegt hieraan nog toe dat zij voortaan het indienen van nieuwe beroepsgronden later dan drie weken nadat de Afdeling de StAB heeft verzocht een deskundigenbericht uit te brengen, in strijd met de goede procesorde zal achten.
Conclusie; in deze uitspraak formuleert de Afdeling (voor toekomstige gevallen) de procesregel over bet inbrengen van nieuwe beroepsgronden. Als later dan 3 weken nadat de Afdeling de StAB heeft verzocht een deskundigenbericht uit te brengen nieuwe
beroepsgronden worden ingebracht, dan zal de Afdeling dat voortaan in strijd achten met de goede procesorde.
- for free to follow other supporters, see more content and use the tools
- for €10,- by becoming a member to see all content
Why create an account?
- Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
- Once you are logged in, you can:
- Save pages to your favorites
- Give feedback or share contributions
- participate in discussions
- share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
- 1 of 1877
- next ›
Add new contribution