Culture and point of view - Nisbett, Masuda - 2003 - Artikel


Abstract

Oost Aziaten en Westerlingen zien de wereld op een andere manier en denken anders. Westerlingen zien een object en analyseren en categoriseren het om zo te bepalen door welke regels gedrag wordt geleid. De regels die ze gebruiken bevatten formele logica. Vaak worden causale attributies alleen gefocust op het object en zijn daardoor nog weleens onjuist. Oost Aziaten gebruiken meer een breder perceptueel en conceptueel veld, ze merken relaties en veranderingen op aan de hand van overeenkomsten in plaats van categorisch lidmaatschap. Oost Aziaten leven in complexe sociale netwerken waar rollen worden voorgeschreven. Aandacht voor de context is daardoor erg belangrijk.

Introductie

Lang werd gedacht dat basale cognitieve en perceptuele processen universeel zijn, maar dit blijkt toch niet zo te zijn. Zo is er een groot verschil tussen oude Griekse en Chinese wetenschappers op het gebied van het gebruiken van logica. Dit zorgde ervoor dat de Chinezen minder progressie maakte in het ontdekken van geometrie. De Grieken focusten vooral op het voorwerp en verklaarde het gedrag in referentie met bijvoorbeeld de categorieën waartoe het behoorde. De Chinezen bekeken meerdere processen die van invloed waren, zoals magnetisme. De Grieken zagen de wereld als constant en stabiel, de Chinezen zagen de wereld als constant in beweging. De Grieken konden gezien worden als analytisch, de focus van aandacht lag op een opvallend voorwerp wat een categorie toegewezen kreeg. Het gebruiken van regels gaf de Grieken een gevoel van controle. Oude Chinezen dachten op een meer holistische manier, ze gaven een omgeving waar een opvallend voorwerp was aandacht en maakten onderscheid tussen relaties en gebeurtenissen. Specifieke categorieën kregen minder de aandacht. De Chinezen hadden hierdoor minder gevoel van controle.

Wetenschappers denken dat deze grote verschillen tussen de oude Chinezen en Grieken kwamen door de verschillende sociale praktijken. De Chinezen hadden veel sociale relaties en moesten rekening houden met anderen, ze waren afhankelijk van elkaar. De Grieken waren echter wat meer onafhankelijk, zij hadden minder (complexe) sociale relaties waar ze rekening mee moesten houden. De Grieken vonden individualisme en autonomie belangrijk, de Chinezen vinden dit minder belangrijk.

Op dit moment is er nog steeds een verschil tussen Westerlingen en Oost Aziaten. De Westerse zelf wordt gedefinieerd als een relatief vaststaand iets dat bestaat uit attributies. Deze zelf kan van situatie naar situatie gaan zonder veel te hoeven aan te passen. Voor Oost Aziaten is de zelf iemand die verbonden is met anderen, waardoor de zelf afhankelijk is van de context. Volgens Donald Munro zien Oost Aziaten zichzelf in relatie tot het geheel, zoals familie en de maatschappij.

Omschrijvingen van de zelf vangen deze verschillen tussen Oost en West. Zo omschrijven Amerikanen en Canadezen zichzelf in termen van persoonlijkheidstrekken en attitudes. Amerikanen overschatten in hoeverre zij anders zijn dan anderen en geven de voorkeur aan uniek zijn. In de babytijd zie je al verschillen tussen Oost en West, Aziaten slapen namelijk vaak bij de ouders in bed en Amerikanen hebben een eigen kamer. In het zakenleven focussen Westerlingen op individuele prestatie, Aziaten op harmonieuze relaties. Deze verschillen kunnen leiden tot conflicten. Het is mogelijk dat deze verschillen duiden op cognitieve en perceptuele gewoontes, zoals het op een holistische of analytische manier kijken.

Cognitieve verschillen

Er zijn verschillen op het gebied van het maken van causale attributies en voorspellingen, in het vertrouwen op logische versus dialectische principes en categoriseren op basis van regels versus overeenkomsten en categoriseren op basis van gedeelde taxonomische labels versus relaties.

  • Causale attributie en voorspelling: Westerlingen zijn geneigd om gebeurtenissen te verklaren aan de hand van de eigenschappen van het voorwerp en de Aziaten zijn geneigd te verklaren door het in acht nemen van de interacties tussen het voorwerp en de omgeving. Voorspellingen en causale attributies zijn dus verschillend. In veel van de onderzoeken naar causale attributies komt naar voren dat de voorkeur van Aziaten voor context vaker leidde tot een correcte analyse dan de Amerikaanse voorkeur voor het voorwerp.

  • Logische versus dialectische principes: Koreanen waren gevoeliger voor een typicaliteit effect van deductie en werden meer beïnvloed dan de Amerikanen door de wenselijkheid ondanks dat het logisch consistent was. Chinezen voelden zich gemakkelijker met schijnbare tegenstellingen dan Amerikanen. Chinezen kozen eerder voor een middenweg in conflicten, terwijl Amerikanen vonden dat slechts één kant correct kon zijn.

  • Categorisatie: Oost Aziaten classificeren objecten en gebeurtenissen op basis van relaties en gelijkenis, terwijl Amerikanen classificeren op basis van op regels gebaseerde categorie lidmaatschap.

Aandacht en perceptie verschillen

Aziaten geven het veld of de context meer aandacht terwijl Westerlingen meer aandacht geven aan opvallende voorwerpen. Aziaten en Westerlingen verschillen op een aantal factoren die te maken hebben met aandacht en perceptie:

  • Detectie van covariatie: Tijdens onderzoek naar het inschatten van relaties zagen Chinezen meer covariatie dan de Amerikanen. Zij waren meer zeker over de eigen beoordelingen en dit zelfvertrouwen was beter gecorreleerd met de echte hoeveelheid van covariatie.

  • Afhankelijkheid van het veld: Doordat Aziaten meer letten op de context kan afhankelijkheid van het veld ontstaan, waarbij ze het lastig vinden onderscheid te maken tussen het voorwerp en het veld eromheen. Dit kan gemeten worden met de rod and frame test.

  • Aandacht voor het veld: In onderzoek waarbij een filmpje van een opvallende vis in water werd laten zien begonnen Amerikanen vaker dan Japanners met het omschrijven van de opvallende vis. Japanners begonnen vaker met het omschrijven van de omgeving en merkten meer relaties op in de beschrijvingen van de video. Ook had de achtergrond een grotere invloed op de Japanners, wanneer er een nieuwe achtergrond was maakten zij meer fouten.

  • Change Blindness: Als twee foto’s kort op elkaar worden laten zien met slechts kleine verschillen tussen de twee vinden mensen het lastig om de verschillen te detecteren. Dit komt door de neiging van het visuele systeem om van twee op elkaar lijkende plaatjes één te maken. Uit onderzoek blijkt dat Amerikanen beter waren in het detecteren van veranderingen in opvallende voorwerpen dan de Japanners. De Japanners waren echter beter in het detecteren van veranderingen in relaties en omgevingen dan de Amerikanen.

  • Affordances to perception: voor beide culturen geldt dat een verandering in het object of de omgeving eerder wordt opgemerkt als de omgeving lijkt op de omgeving in de eigen cultuur.

  • Op het gebied van kunst, tekenen en foto’s maken zijn er verschillen tussen West- en Oosterlingen. Aziaten nemen een breed perspectief en zorgen er in bijvoorbeeld een tekening of foto voor dat de horizon hoog is. Westerlingen zorgen juist dat de horizon laag is, zodat je ziet hoe de omgeving eruit ziet vanaf de grond. Ook zie je aan foto’s van personen duidelijke cultuur verschillen, zo maken Westerlingen foto’s waarbij de persoon het belangrijkste object is en je niet veel van de omgeving ziet. Oost Aziaten zorgen er daarentegen voor dat ook de omgeving goed te zien is.

  • Verandering versus stabiliteit: Westerlingen focussen meer op stabiliteit en Oosterlingen meer op verandering. Dit verschil heeft waarschijnlijk te maken met de focus op de omgeving of op het belangrijkste object. Als je ook goed naar de omgeving kijkt ben je je namelijk bewuster van de veranderingen in de omgeving. Uit onderzoek blijkt dat Chinezen meer veranderingen voorspellen dan Amerikanen.

Uit onderzoek naar perceptie blijkt dat bovengenoemde verschillen in aandacht ook gelden voor de gewone, dagelijkse gebeurtenissen.

Discussie

Oost Aziaten en Westerlingen verschillen op het gebied van cognitieve processen, zoals categoriseren, causale attributie, afhankelijkheid van regels, gebruik van logica en voorkeur voor dialectisch begrijpen van gebeurtenissen. Deze cognitieve verschillen komen door perceptuele verschillen, wat te maken heeft met aandacht. Oost Aziaten hebben meer aandacht voor de omgeving en Westerlingen meer voor een opvallend voorwerp. Het focussen op een voorwerp maakt het ook makkelijker om te categoriseren en attributies toe te kennen. Aandacht voor de omgeving maakt het makkelijker aandacht te besteden aan relaties en veranderingen. De verschillen in aandacht, perceptie en cognitieve komen waarschijnlijk door verschillen op het gebied van sociale structuur en sociale praktijken. Je zorgen maken om je sociale netwerk zorgt ervoor dat je aandacht voor een specifiek object beperkt wordt. Waarschijnlijk is de economische status ook van invloed op de verschillen tussen Oost en West.

Westerlingen focussen meer op omgevingen met een beperkt aantal elementen en hebben hier ook de voorkeur voor. De omgeving beïnvloed perceptie en de perceptuele voorkeuren zorgen ervoor dat mensen verschillende omgevingen prefereren.

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Vintage Supporter
Promotions
verzekering studeren in het buitenland

Ga jij binnenkort studeren in het buitenland?
Regel je zorg- en reisverzekering via JoHo!

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
[totalcount]
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.