De beperking van art. 6:13 Awb, onderdelen van een besluit (Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State 28 augustus 2013 ECLI:NL:RVS:2013:949) - Arrest

De beperking van art. 6:13 Awb, onderdelen van een besluit (Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State 28 augustus 2013 ECLI:NL:RVS:2013:949)

 

Feiten
Appellant uit gemeente Hof van Twente gaat in hoger beroep tegen een uitvoering van een bouwvergunning, gegeven door het college van B&W Hof van Twente.

De appellant betoogt dat hij belanghebbende is en dat de rechtbank daardoor zijn beroep ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard.

Rechtsgang en conclusie:

Appellant is eigenaar van naastgelegen gronden en betoogt daardoor belanghebbende te zijn. Door artikel 6:13 Awb kan geen beroep bij de administratieve rechter worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen zienswijze als bedoeld in artikel 3:15 naar voren heeft gebracht.

De rechtbank oordeelt dat het betoog faalt. De door appellan] naar voren gebrachte zienswijze heeft uitsluitend betrekking op de activiteit veranderen van de werking van de inrichting van de vergunning. Er is niet uit gebleken dat appellant niet redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen zienswijze over de activiteit bouwen naar voren heeft gebracht. De omstandigheid dat appellant als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 van de Awb dient te worden aangemerkt, laat de toepasselijkheid van artikel 6:13 van die wet onverlet. De rechtbank heeft het beroep van appellant dan ook terecht niet-ontvankelijk verklaard voor zover het is gericht tegen de activiteit bouwen (r.o. 3.2)

Ook voert de appellant aan dat er ten onrechte geen milieueffectrapport is opgesteld en geen beoordeling of een milieueffectrapport moet worden opgesteld is gemaakt. De rechtbank oordeelt dat ook dit betoog faalt. De aanvraag om omgevingsvergunning bevat namelijk een vormvrije ‘m.e.r.-beoordeling’. Aan de hand hiervan heeft het college gemotiveerd geconcludeerd dat de aangevraagde uitbreiding geen grote nadelige gevolgen voor het milieu heeft en dat bij de aanvraag geen milieueffectrapportage behoeft te worden gevoegd. Daarbij heeft het college de gevolgen voor nabijgelegen gebieden met natuurwaarden betrokken (r.o. 4.1).

De appellant heeft verder ook niet onderbouwd dat de rechtbank heeft miskend dat het college ten onrechte heeft geconcludeerd dat voor het bestreden besluit geen milieueffectrapportage behoefde te worden opgesteld.

 

Leerstuk
Door artikel 6:13 Awb kan er geen beroep bij de administratieve rechter worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen zienswijze heeft als bedoeld in artikel 3:15. Dus dan maakt het niet uit dat er wel degelijk sprake is van een belanghebbende.

Ook is het belangrijk om als appellant te onderbouwen waarom een gemeente een bepaald rapport/vergunning/etc ten onrechte heeft opgesteld.

 

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Content categories
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.