Hoge Raad 27 april 2007, NJ 2008. 546 - Arrest

Feiten

Op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming heeft de rechtbank bij beschikking in 2005 het minderjarige kind van de verzoekster tot cassatie voor een termijn van een jaar onder toezicht gesteld van Stichting Bureau Jeugdzorg. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd. De verzoekster tot cassatie, de moeder van het kind, heeft tegen de ondertoezichtstelling hoger beroep ingesteld.

Hoge Raad

De hoge raad stelt dat nu de ondertoezichtstelling van het kind van de verzoekster tot cassatie op 2 juni 2006 is afgelopen, de verzoekster tot cassatie geen belang meer heeft bij het door haar ingestelde cassatieberoep.

Ook stelt de Hoge Raad dat nu ten tijde van het instellen van het verzoek tot ondertoezichtstelling niet duidelijk was waar het kind zijn gewone verblijfplaats had, de Nederlandse rechter geen rechtsmacht heeft om over zo een verzoek te oordelen.

Als het kind een gewone verblijfplaats in Nederland zou hebben, dan zou de Verordening Brussel II-bis en het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1961 formeel van toepassing zijn. Art. 5 Rv heeft alleen een rechtsmachtbeperkende functie.

Daarom verklaart de Hoge Raad de verzoekster tot cassatie niet-ontvankelijk in het cassatieberoep.

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Content categories
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.