Ontvanger / Brink q.q. - Arrest

Ontvanger / Brink q.q.

HR 25 januari 2008, NJ 2008, 66

Casus

Op verzoek van de Ontvanger heeft de notaris op 26 oktober 2005 ten laste van V. twee motorjachten executoriaal geveild. Brand heeft op deze veiling op beide jachten het hoogste bod uitgebracht. V. is bij vonnis van 27 oktober 2005 door de Rb. Leeuwarden in staat van faillissement verklaard met benoeming van mr. Brink als curator. De notaris heeft op 27 oktober 2005 voor elk van de geveilde motorjachten een akte van gunning gepasseerd. Deze akte is vervolgens gerectificeerd bij akte van rectificatiegunning, welke op 3 november 2005 gepasseerd is. Het vonnis van faillietverklaring is in het scheepsregister te Groningen ingeschreven op 15 november 2005. Op 30 november 2005 heeft de notaris voor ieder jacht afzonderlijk een verklaring van betaling executieveiling gepasseerd. Door de Ontvanger zijn de jachten op 1 december 2005 aan Brand geleverd. De curator stelt zich op het standpunt dat de levering van de schepen als gevolg van de faillietverklaring niet meer rechtsgeldig heeft kunnen geschieden aangezien de Ontvanger niet meer beschikkingsbevoegd was ten tijde van de levering.

Rechtsvraag

Wordt de eigendomsverkrijging in het kader van een executoriale verkoop van teboekgestelde schepen al dan niet doorkruist door het faillissement van de geëxecuteerde indien dat faillissement wordt uitgesproken na de gunning van de schepen aan de veilingkoper (waarmee volgens de algemene veilingvoorwaarden de koopovereenkomst tussen executant en geëxecuteerde tot stand komt) doch voor de betaling van de koopsom en de inschrijving van de akte van gunning?

Rechtsregel

Art. 33 Fw staat eraan in de weg dat de jachten door de enkele gunning het 'uitwinbare vermogen' van de geëxecuteerde schuldenaar verlaten, doordat de executie door de gunning nog niet was voltooid - daarvoor was levering van de schepen aan de veilingkoper vereist - en dus op de dag van de faillietverklaring dadelijk een einde nam, met als gevolg dat geen verdere handelingen, gericht op de voortzetting en voltooiing van de tenuitvoerlegging, meer bevoegdelijk konden worden verricht door de Ontvanger.

Ook in geval van executoriale verkoop van goederen vindt de verkrijging op grond van art. 3:80 lid 3 plaats door overdracht. Deze vindt ten aanzien van teboekgestelde schepen op grond van art. 3:89 lid 4 BW plaats door levering welke ingevolge art. 570 in verbinding met art. 525 lid 1 Rv geschiedt door inschrijving van het proces-verbaal van toewijzing.

 

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Content categories
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.