Partnerrelatietherapie, regulatie van emotie en gehechtheidstheorieën - de Waal - 2006 - Artikel


Inleiding

Tijdens de tweede helft van het vorige eeuw lag de focus binnen partnerrelatietherapie op gedrag in interactie tussen mensen. Het wordt systeemtherapie genoemd. Gevoelens en emoties werden gezien als lastige bijkomstigheid. Het probleem daarbij was, dat de systeemtherapeuten op zoek waren naar een magische formulering (omdat de therapie niet goed bleek te lukken). Vandaag realiseren we dat onze emoties de essentie van onze interacties met anderen zijn. Voor het gezond functioneren in het latere leven is het belangrijk om emoties te kunnen reguleren (zowel met anderen als ook het individu alleen). De psychoanalyticus Bowlby zette de schakel tussen systeemtherapie en de huidige aandacht van emoties.

Ontwikkelingen in het gebied van neuro-imaging laten een samenhang tussen het psychische/psychologische en neurobiologische zien: Zowel emoties en het vermogen emoties te kunnen reguleren als de affectregulatie laten een samenhang zien. In de systeemtheorie wordt nu gezeged dat het individu en de omgeving elkaar letterlijk vormen (omdat ze samenhangen).

Wat zijn emoties?

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen emotie en gevoel: Emoties spelen zich af in het lijf, zijn automatische, onbewuste, biologische processen die noodzakelijke motorische reacties mogelijk maken (bijv. om te overleven) en zijn waarneembaar voor anderen (bijv. lichaamshouding, gezichtsuitdrukking, volume en toon van de stem). Gevoelens, daartegen, zijn niet direct waarneembaar voor anderen, zijn emoties waar je bewust van bent en over die je kunt vertellen en reflecteren en zijn dus het eindproduct van emoties.

Emotieregulatie

Emotieregulatie is iets wat we moeten leren. Het leren daarvan gebeurd vooral bij de interactie tussen kind en verzorgers vanaf de geboorte. Door huilen, gillen, lachen etc. geven de baby's signalen over hun innerlijke toestand. De ouders reageren daarop en deze reacties zijn cruciaal, omdat ze als externe affectregulatoren functioneren. Afhankelijk van de reactie gaat het niveau van stresshormonen omhoog (bijv. als de verzorger niet in staat is het baby tot bedaren te brengen) of begint af te zakken (bijv. als de baby goed verzorgd wordt). Het niveau van stresshormonen in het brein van de baby wordt dus door de reactie van de ouders bepaald. De gehechtheidstheorie beschrijft de emotionele interactie tussen ouders en kind en is een theorie over affect- en stressregulatie. Bowlby was een van de eersten die de opvoedingssituatie onder aandacht heeft genomen. Door de ervaringen in interactie leert het kind wat het kan verwachten van de omgeving om te kunnen anticiperen op de reacties van anderen. De ervaringen worden opgeslagen in het onbewust deel van het geheugen. De wereld van de baby krijgt betekins door de reacties van de ouders. Deze zijn afhankelijk van het vermogen tot empathie en van het kanaliseren van de eigen emotionele reacties. Het is dus voor de verzorgers belangrijk om de eigen emotes van die van het kind te kunnen onderscheiden.

Onderzoek naar gehechtheid

Mary Ainsworth heeft als eerste getracht Bowlby's theorieen over gehechtheidsrelaties wetenschappelijk te onderzoeken. Zij gebruikte de Strange Situation Test (daarbij wordt het kind in een vreemde situatie gebracht waarbij de moeder weg gaat). Ainsworth maakt onderscheid tussen een veilige gehechtheid en een onveilige gechtheid van de kinderen. De onveilige gehechtheid wordt verder gespreid in angstig-ambivalent, angstig-vermijdend en gedesorganiseerd (laatste werd later toegevoegd). Deze categorieen beschrijven het gedrag van kinderen onder stress en de wijze waarop ze hun emoties reguleren.

Veilige gehechtheid

Veilige gechtheid ontstaat in een relatie waarin de verzorger de emoties van het kind los kan herkennen van de eigen emoties om bijvoorbeeld troost te bieden. De verzorger zal het kind kunnen leren dat de emoties van hem zijn. Een veilige hechting is gebaseerd op het innerlijk model van de ander als veilig en betrouwbaar. Het kind leert de realiteit binnenin van buiten te onderscheiden en zijn eigen emoties van de emoties van de anderen te onderscheiden. Gehechtheid, affectregulatie en het vermogen tot mentaliseren gaan samen (mentaliseren gaat over het vermogen anderen te ervaren als individuen met een eigen emotionele binnenwereld, eigen wensen, verlangens en drijfveren, en verschillend van het zelf)

Onveilige gehechtheid

Een onveilige gehechtheid ontstaat wanneer de verzogers minder in staat zijn hun eigen affecten te reguleren.

  1. angstig-ambivalente gehechtheid ontstaat bij onderregulatie van emoties

    • de ouder neemt de emotie van het kind over (kind angstig, moeder angstig, kind nog angstiger)

    • in de strange situation test blijven deze kinderen aan moeder vastklampen en zijn heel moeilijk te troosten

    • wiens emotie van wie is, is voor niemand duidelijk

  2. angstig-vermijdend ontstaat bij overregulatie van emoties

    • ouders die het gewend zijn hun eigen emoties te negeren, zullen te weinig reageren op de signalen van hun kind

    • in de strange situation test zullen deze kinderen niet of nauwelijks reageren op de afwezigheid van de moeder

  3. gedesorganiseerde gehechtheid ontstaat bij kinderen voor wie niets werkt

    • het is de einige categorie die een duidelijk verband laat zien met latere psychopathologie

    • het probleem zijn de (verwaarloozden, aggressieven of vooral onvoorspelbaarden) ouders zelf

    • de kinderen zijn niet in staat om een eenduidig innerlijk werkmodel te ontwikkelen

    • het kind heeft geleerd dat

      1. anderen niet beschikbaar zijn

      2. het kind zelf niet in staat is om de eigen emoties te reguleren

Gehechtheidstheorie gaat dus over de reacties die in ons procedurele geheugen zijn opgeslagen. Ze worden geactiveerd in tijden van stress en vormen copingstrategieen die deel uitmaken van ons automatische piloot. Ze bepalen op onbewust niveau onze reacties op de omgeving en de omgang met anderen.

Gehechtheidsstijlen in het volwassenen leven

Mary Main heeft het Adult Attachment Interview (AAI) geontwikkeld om gehechtheidscategorieen bij volwassenen te onderzoeken. Deze categorieen zijn niet anders dan die op jonge leeftijden. Er wordt ook hier onderscheid gemaakt tussen de veilige gehechtheid en de onveilige gehechtheid, waarbij weer verdeeld wordt tussen angstig-ambivalent (vs. gepreoccupeerd), angstig-vermijdend (vs. dismissing) en gedesorganiseerd (vs. unresolved). De gehechtheidsrepresentaties hebben van kind tot volwassene een matige tot hoge stabiliteit laten zien (bijv.: ben je als kind angstig-ambivalent is de kans groot dat je het als volwassene nog steeds bent). Verandereingen in gehechtheidscategorieen lopen meestal samen met andere belangrijke levensveranderingen. Bowlby benadrukt het verband tussen gehechtheidservaringen als kind en het later vermogen zich emotionaal te binden. Hoe veiliger de vroegere hechtingsrelatie geweest is, hoe stressbestendiger en stabieler zul de persoon in strange situaties kunnen blijven.

Gehechtheid en partnerrelaties

Johnson (2004) plaatst emoties en emotionele reacties in de volwassen partnerrelatie in samenhang met gehechtheid en de angst voor verlies van contact met de geliefde ander. Specifieke triggers (=mechanismen, die een proces in gang zetten) in de buitenwereld spelen een belangrijke rol in het uitlokken van hechtingsgerelateerd gedrag. Hierbij zijn ook non-verbale aspecten in interacties belangrijk (bijv. gezichtsuitdrukkingen, toon van stem etc.). De interactie heeft als doel dat de partner zal begrijpen wat de andere partner wil. Het probleem hierbij is, dat emoties niet altijd zo meteen begrijpelijk voor de ander zijn en dat kan zelf weer een signaal van onveiligheid vormen. Onveilige gehchtheid blijkt langs twee onderliggende dimensies georganiseerd te zijn: Ten eerste vermijding, waarbij een partner de nadruk op zelfstandigheid legd en minder geneigd is om de ander bijvoorbeeld naar hulp te vragen. Ten tweede, angst, waarbij het gaat over de mate waarin mensen zich bezighouden met de gedachte dat de partner niet voldoende steun zou geven of niet aanwezig zou zijn in tijd van nood. Mensen die laag op deze twee dimensies scoren laten een veilige gehechtheidsstijl zien. Een veilige hechting vormt een noodzakelijke voorwaarde voor het ontwikkelen van het vermogen tot mentaliseren (Fonagy et al., 2002). Mentaliseren gaat over het vermogen anderen te ervaren als individuen met een eigen emotionele binnenwereld, eigen wensen, verlangens en drijfveren, en verschillend van het zelf.

Veilige gehechtheid en de partnerrelatie

Veilige gehechtheid is geassocieerd met:

  • stabiele relaties over langere tijd

  • grotere kwaliteit van de partnerrelatie

  • betere conflictoplossende strategieen

  • het vermogen elkaar tot steun te zijn

  • de partners delen meer emoties met elkaar

  • zijn meer communicatief

  • zijn accurater in het interpreteren van non-verbale communicatie bij de partner

Ook zullen veilig gehechte mensen beter in staat zijn een hulpvraag adequaat te formuleren en te reflecteren. Ze zullen

  • gemotiveerd zijn

  • introspectief zijn

  • niet te afhankelijk zijn

  • blij met de aangeboden hulp zijn en

  • tevens in staat zijn tot empathie met de partner

Op basis van therapie worden mensen van deze categorie ook de "makkelijke" clienten genoemd.

Vermijdende gehechtheid en de partnerrelatie

Deze soort van mensen zijn vooral autonoom. Het kernconflict is de angst voor emotionele afhankelijkheid. Vaak zijn deze mensen zich weinig bewust van zowel hun eigen emotionele behoeftes als van die van anderen. Ze hebben langere tijd nodig om vertrouwen te ontwikkelen.

Gepreoccupeerde gehechtheid en de partnerrelatie

Deze soort mensen scoren hoog op angst. Relaties worden gekenmerkt door een behoefde aan controle en het is voor deze partners moeilijk om afstand van de ander (of de kinderen) te verdragen.

Gedesorganiseerde/'unresolved' gehechtheid en de partnerrelatie

Deze soort van mensen kunnen er tegelijkertijd denken: tkom dicht bij, want ik heb je nodig, maar ga weg, want ik stik. Het is zoals een onlosbaar dilemma waar niets goed voelt en wat heftige emoties zoals geweld als gevolg kan hebben. Het behandelen van deze problematiek vraagt ervaring met ernstige persoonlijkheidsstoornissen en trauma en het is belangrijk voor de therapeut aandacht te hebben voor onderliggende gedesorienteerde gehechtheid.

Conclusies

Het belang van theorieen over gehechtheid is veelvoudig. Ten eerste spelen emoties een centraale rol in ons alledaagse leven. Ten tweede vertoont de relatie tussen client en psychotherapeut parallelen met de vroegere relatie tussen ouders en kind. Ook functioneren partners eveneens als emotionele regulatoren voor elkaar. Beslissend voor de gevolgen van traumatische ervaringen is, hoe in het latere leven hierover gereflecteerd kan worden. De gehechtheidstheorie kan op heldere manier aan client uitgelegd worden, dient als houvast voor de psychotherapeut en opend de mogelijkheid om door psychotherapie de onveiligheid in veiligheid te veranderen.

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Vintage Supporter
Promotions
verzekering studeren in het buitenland

Studeren in het buitenland, stagelopen of onderzoek doen? Check welke verzekeringen voor jou van toepassing zijn via de JoHo Insurances Foundation, of bereid je vertrek naar het buitenland voor

Study or work abroad: check your insurance options

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
[totalcount]
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.