Scherpe voorwerpen - Arrest

Scherpe voorwerpen (HR 12-06-2012, LJN BW686)

Onderwerp

Salduz-rechtspraak, het recht een advocaat te raadplegen voor de eerste ondervraging door de politie, art. 6 EVRM.

Casus

Verbalisanten zien een persoon met een bromfiets aan de hand over het trottoir lopen. Deze persoon stond bij hen bekend als een harddrugsgebruiker. De bromfiets bleek gestolen te zijn en de verdachte wordt aangehouden wegens heling. Voor de veiligheidsfouillering vraagt de politieambtenaar of de verdachte scherpe voorwerpen heeft. De verdachte overhandigt hem het keukenmes en het stanleymes. Vervolgens vraagt de politieagent waarom de verdachte deze voorwerpen bij zich heeft, waarop de verdachte antwoordt deze bij zich te dragen ter verdediging.

Rechtsvraag

Heeft de verdachte alleen aanspraak op raadpleging van een advocaat met betrekking op het verhoor t.a.v. het feit waarvoor de verdachte is aangehouden?

Rechtsgang

De verdediging voert aan dat nadat de verdachte was aangehouden i.v.m. heling van de bromfiets, hij niet door de verbalisanten in de gelegenheid is gesteld een raadsman te raadplegen en noemt het Salduz-arrest.

Het hof zegt dat uit dit arrest voortvloeit, dat de verdachte, voorafgaand aan het eerste politieverhoor over zijn betrokkenheid bij het strafbare feit waarvoor hij is aangehouden, in de gelegenheid moet worden gesteld om met een raadsman te overleggen. De verdachte is aangehouden i.v.m. het bezit van een gestolen bromfiets. De vraag naar scherpe voorwerpen ziet op het belang van veiligheid van personen. De door de verdachte daarover afgelegde verklaring kan niet worden gelijkgesteld met een verklaring afgelegd bij een eerste ondervraging over het feit waarvoor de verdachte was aangehouden. Volgens het hof kan de mededeling van de reden waarom hij de messen bij zich had als bewijs worden gebruikt dat hij het ten laste gelegde heeft begaan.

De Hoge Raad is het hier niet mee eens. Aanspraak op raadpleging van een advocaat heeft niet alleen betrekking op het verhoor t.a.v. het specifieke feit waarvoor de verdachte is aangehouden. Daarbij is de vraag van de verbalisant waarom de verdachte deze voorwerpen bij zich droeg is geen onschuldige, informatieve vraag. Deze vraag zou namelijk gesteld kunnen zijn om uit te zoeken of een strafbaar feit was gepleegd.

Conclusie

Aanspraak op raadpleging van een advocaat heeft niet alleen betrekking op het verhoor t.a.v. het specifieke feit waarvoor de verdachte is aangehouden.  

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Content categories
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.