SCHREUDER - VAN DRIESTEN, HR 13 december 1963, NJ 1964, 449
 

Relevante artikelen

Art(t). 6:95-97, 162 BW

Rechtsregel
De te vergoeden schade aan een zaak omvat tevens de waardevermindering die de zaak, ook na reparatie, is ondergaan.

Feiten
Van Driesten lijdt schade aan zijn auto, waaraan Schreuder schuld heeft. De auto wordt zo goed mogelijk gerepareerd, hetgeen door Schreuder wordt betaald. Het is echter waarschijnlijk dat de auto bij verkoop minder zal opbrengen als gevolg van het feit dat er een ongeluk mee heeft plaatsgevonden. Ook die waardevermindering wil Van Driesten vergoed zien.

Beslissing
De eigenaar van een auto ondervindt terstond een vermogensvermindering als gevolg van de waardedaling die zijn auto door een aanrijding ondergaat en het verhoogde risico van gebreken als gevolg van de aanrijding. De eigenaar heeft recht op vergoeding van die vermogensvermindering, al gaat hij niet tot verkoop van de auto over en doen de gebreken zich niet voor

De HR past hier de objectieve schadeberekening toe: ook wel: abstracte methode. Dat houdt in dat men niet meer kijkt naar hoe hard in het gegeven geval de schade aankomt, maar hoe in het algemeen de schade is van een schuldeiser die in een vergelijkbare positie verkeert.