Siedsma/Reek, HR 25 april 1997, NJ 1997, 528 - Arrest

Siedsma/Reek, HR 25 april 1997, NJ 1997, 528

 

Jaar

1997

 

Paginanummer

528

 

Casus

 

Siedsma en Reek hebben ongehuwd samengewoond. Siedsma is de eiser in cassatie en Reek de verweerster. Siedsma is achtergebleven in het huis en heeft Reek gedagvaard voor de rechtbank te Haarlem met een vordering tot betaling van een bedrag van 56.785 gulden met rente en kosten. De tegeneis van Reek is dat Siedsma 99.962,25 moet betalen, althans 35.275 met rente en kosten. De rechtbank heeft de vordering afgewezen en de in reconventie vordering toegewezen tot een bedrag van 5.790,49 met rente.

 

Siedsma gaat in hoger beroep bij het hof te Amsterdam. De rechtzitting was om 9:00uur op 19 februari 1996, alleen vond er geen rechtspraak dan plaats en daarom is het verplaatst naar 22 februari 1995 om 10:00uur. Bij het exploot van 19 februari 1996 heeft Siedsma Reek doen oproepen om te verschijnen ter terechtzitting op 22 februari 1996. De rolrechter beslist op 22 februari dat het exploot 19 februari 1996 nietig wordt verklaard en Siedsma gaat in cassatieberoep.

 

In cassatie worden er meerdere onderdelen van het middel aangevoerd, namelijk:

  • Het keert zich met een rechts- en motiveringsklacht tegen de overweging van het hof dat het vermelden van het onjuiste uur een nietigheid is.

  • Dat het hof op grond van art. 93 lid 1 Rv heeft bepaald en gelast dat Siedsma Reek tegen een nieuwe dag moet oproepen met herstel van het gebrek.

  • De beslissing om het exploot nietig te verklaren.

  • De weigering van verstek te verlenen.

 

De Hoge Raad oordeelt als volgt. Het eerste onderdeel is een fout maar het gevolg ervan is niet nietigheid. Het tweede bezwaar wordt ook afgewezen omdat er geen sprake is van nietigheid en fouten in dagvaardingen lenen zich voor herstel.

Bij het derde onderdeel bestaat het uit twee onderdelen namelijk dat de dagbepaling door de rechter geldt als een verkorting van het termijn berust op onjuiste rechtsopvatting. Het tweede onderdeel de klacht dat het hof geen herstel heeft toegestaan van het gebrek in het herstelexploot en geen overweging heeft gewijd aan de vraag of het waarschijnlijk was dat het (weer) niet opdagen van Reek zijn oorzaak vond in het aan het herstelexploot klevende gebrek, maar zonder meer het herstelexploot nietig is verklaard. Daarvan vindt de Hoge Raad dat de klacht gegrond is, als het hof uit is gegaan van dat art.93 hier niet van toepassing was, is het uitgegaan van onjuiste rechtsopvatting. En ten slotte de klacht over de weigering van verstek verlenen is volgens de Hoge Raad terecht afgewezen.

 

De Hoge Raad

Het arrest van het Hof te Amsterdam van 22 februari 1996 wordt vernietigd.

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Promotions
verzekering studeren in het buitenland

Ga jij binnenkort studeren in het buitenland?
Regel je zorg- en reisverzekering via JoHo!

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
[totalcount]
Content categories
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
WorldSupporter Resources
Arresten & Jurisprudentie: leren, studeren en kennis delen - Startpagina