Tennisvereniging De Ijpelaar - Arrest

Tennisvereniging De Ijpelaar

(HR 6 april 2012, NJ 2012/234)

Casus
In het jaar 1 980 vestigde Tennisvereniging de IJpelaar zich aan de b-straat 2 in Breda. De
tennisvereniging beschikt over een negental tennisbanen. In 1 982 besloot de vereniging om
lichtmasten te plaatsen op de banen 5 t/m 9. Enkele omwonenden, woonachtig aan de a-straat en
de b-straat, wiens tuinen aan de tennisvelden grenzen, maakten bezwaar tegen de vergunning van
de gemeente Breda aan de tennisvereniging om de lichtmasten te plaatsen. Na goed overleg met
de omwonenden heeft de tennisvereniging besloten om de lichtmasten aan de andere zijde van de
tennisbanen te plaatsen, die het verst zijn gelegen van de tuinen van de omwonenden. Zij hebben
dit gesprek vastgelegd in een brief, waarin zij zijn overeengekomen dat er slechts op vijf banen
lichtmasten zouden worden geplaatst.

In 2005 heeft de tennisvereniging besloten om de overige vier tennisbanen ook van lichtmasten te
voorzien. Hiervoor heeft de vereniging een vergunning aangevraagd bij het college van
Burgemeester en Wethouders van de gemeente Breda. De omwonenden (nieuwe bewoners)
maakten echter opnieuw bezwaar, waarbij ze gebruik maken van de overeenkomst die in de brief
van 1982 is neergelegd.

De tennisvereniging geeft aan dat er sprake is van gewijzigde omstandigheden en dat de brief uit
1982 niet langer als bewijs kan worden gebruikt, omdat die overeenkomst verjaard is. Op deze
manier is er dus geen verbintenis tussen de vereniging en de nieuwe omwonenden. Het hof
oordeelt dat de tennisvereniging naar aard en strekking niet langer is gebonden aan de in 1 982
gemaakte afspraken.

Uit het cassatiemiddel blijkt dat het recht van de nieuwe omwonenden moet blijken uit art. 6:251
BW, waarin het kwalitatieve recht wordt beschreven. Op grond van lid 1 van dat artikel gaat het
kwalitatieve recht automatisch over naar de nieuwe bewoner van de woning, omdat de woning
onder bijzondere titel wordt overgedragen. Het hof heeft dit artikel echter niet gebruikt bij de
behandeling van de zaak. Daarnaast doet de tennisvereniging beroep op art. 6:258 BW, waarin de
mogelijkheid bestaat dat een eerdere overeenkomst wordt ontbonden. De tennisvereniging
verzoekt de rechter echter niet om deze eerdere overeenkomst te ontbinden.

Hoge Raad

De Hoge Raad oordeelt dat het Hof een onjuiste maatstaf heeft gebruikt en de onjuiste artikelen
heeft toegepast. Volgens de Hoge Raad moet de situatie worden behandeld aan de hand van de
op dit moment geldende wetsartikelen. Aangezien het Hof de vordering van de omwonenden heeft
afgewezen, zal de Hoge Raad dit vonnis ongedaan maken, waardoor het gerechtshof van Arnhem
de zaak opnieuw moet behandelen.

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Promotions
verzekering studeren in het buitenland

Ga jij binnenkort studeren in het buitenland?
Regel je zorg- en reisverzekering via JoHo!

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
[totalcount]
Content categories
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
WorldSupporter Resources
Arresten & Jurisprudentie: leren, studeren en kennis delen - Startpagina