Uitleg en reikwijdte schriftelijkheidseis - Arrest

Uitleg en reikwijdte schriftelijkheidseis (HR 03-03-2017, ECLI:NL:HR:2017:364)

Feiten

De werkgever i.c. (eiseres in cassatie) exploiteert een adviesbureau met accountants, fiscalisten en management consultants. De werknemer (verweerder) is als senior belastingadviseur in dienst getreden bij het adviesbureau. In januari 2003 hebben beide partijen een arbeidsovereenkomst getekend. In die overeenkomst is geen relatiebeding opgenomen maar er wordt verwezen naar een personeelsreglement uit 2002, die op de overeenkomst van toepassing is verklaard. Dit reglement bevat wel een relatiebeding. Zo’n relatiebeding verhindert bijvoorbeeld dat een werknemer bij zijn vertrek cliënten van de werkgever meeneemt.

Vier jaar later heeft de werknemer de arbeidsovereenkomst opgezegd en is voor zichzelf begonnen. De werkgever meent dat hij het overeengekomen relatiebeding heeft geschonden en claimt daarom de betaling van de bedongen boete. De kantonrechter wijst de vordering toe. In hoger beroep wordt de vordering alsnog afgewezen. Volgens het hof is het relatiebeding niet rechtsgeldig overeengekomen, omdat niet is voldaan aan het schriftelijkheidsvereiste van art. 7:653 BW. Het personeelsreglement is wel “op enig moment” aan de werknemer ter beschikking gesteld, maar het is niet duidelijk dat dit “in samenhang met” met de arbeidsovereenkomst is gebeurd.

Hoge Raad

In cassatie klaagt de werkgever dat het personeelsreglement aan de werknemer ter beschikking is gesteld. De Hoge Raad verwijst o.a. naar het eerdere arrest Philips/Oostendorp. In dat arrest is overwogen dat het schriftelijkheidsvereiste in art. 7:653 lid 1 BW bedoeld is om een bijzondere waarborg te verschaffen zodat de werknemer de gevolgen van het voor hem bezwarende concurrentiebeding goed heeft overwogen.

De Hoge Raad stelt dat “..het arrest P/O brengt mee dat aan het schriftelijkheidsvereiste niet is voldaan wanneer de werknemer zich schriftelijk akkoord verklaart met de inhoud van een niet als bijlage bijgevoegd document waarin een concurrentiebeding voorkomt, tenzij de werknemer daarbij uitdrukkelijk verklaart dat hij met het concurrentiebeding instemt.”

Art. 7:653 lid 1 BW ziet volgens de Hoge Raad ook op een relatiebeding als in dit geval. De overwegingen in het arrest Philips/Oostendorp moeten dan ook mede op zulke bedingen worden betrokken. De Hoge Raad stelt dat art. 7:653 lid 1 BW strikt moeten worden uitgelegd. Aan die eisen is volgens de Hoge Raad niet voldaan in de hiervoor weergegeven omstandigheden.

Kern

I.c. heeft de Hoge Raad vastgesteld dat het schriftelijkheidsvereiste (artikel 7:653 lid 1 BW) ook van toepassing is op relatiebedingen. Ook is duidelijk geworden dat de eisen uit het arrest-Philips/Oostendorp strikt moeten worden uitgelegd. En een relatiebeding heeft te gelden als een concurrentiebeding.

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Promotions
verzekering studeren in het buitenland

Ga jij binnenkort studeren in het buitenland?
Regel je zorg- en reisverzekering via JoHo!

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
[totalcount]
Content categories
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
WorldSupporter Resources
Arresten & Jurisprudentie: leren, studeren en kennis delen - Startpagina