Unidek - Arrest

Unidek

HR 15 april 2005, NJ 2005, 484

 

Casus

Eggenhuizen was statutair directeur van Unidek. In een buitengewone vergadering van aandeelhouders is hij ontslagen. De vraag rees of dit ontslag mede de arbeidsovereenkomst betrof en zo ja, of daarbij de belangen van Eggenhuizen voldoende in acht waren genomen. Na een door eiser ingestelde kortgedingprocedure, waarin hij primair doorbetaling van loon vorderde omdat geen rechtsgeldige opzegging van zijn arbeidsovereenkomst had plaatsgevonden en subsidiair schadevergoeding als bedoeld in art. 7:680 BW, heeft verweerster opnieuw ontslag aangezegd. In de onderhavige procedure heeft eiser gevorderd een verklaring voor recht dat het door verweerster verleende ontslag kennelijk onredelijk is, alsmede dat verweerster zal worden veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding als bedoeld in art. 7:681 in verbinding met art. 7:682 lid 4 BW. Het hof heeft eisers vorderingen afgewezen. Het cassatiemiddel betreft de oordelen van het hof dat het door de vergadering van aandeelhouders genomen besluit ook een ontslag van eiser in arbeidsrechtelijke zin inhield, en dat de vorderingen van eiser, die gebaseerd zijn op de kennelijke onredelijkheid van het hem gegeven ontslag, zijn verjaard nu de verjaring niet is gestuit als gevolg van de door eiser aanhangig gemaakte kortgedingprocedure.

NB: art. 2:134, 244, 3:316, 7:680, 681 BW

 

Rechtsregel

Wanneer een natuurlijke persoon die als bestuurder van een NV of BV is benoemd en krachtens arbeidsovereenkomst zijn werkzaamheden verricht, bij een geldig besluit van het bevoegde orgaan van de vennootschap als bestuurder ontslag is verleend, verliest hij ex artikel 2:134 resp. 244 lid 1 BW de hoedanigheid van bestuurder van de vennootschap en kan hij geen van de aan deze hoedanigheid verbonden bevoegdheden meer uitoefenen, maar behoeft dit niet tot gevolg te hebben dat ook de dienstbetrekking eindigt. Het antwoord op de vraag welke gevolgen het ontslagbesluit heeft voor de arbeidsverhouding tussen de bestuurder en de vennootschap, moet worden gegeven aan de hand van het bepaalde in de arbeidsovereenkomst en in de op arbeidsovereenkomsten toepasselijke wetsbepalingen, voor zover Boek 2 BW deze wetsbepalingen niet uitdrukkelijk terzijde stelt.

 

Artikel 2:134 resp. 244 BW strekken ertoe te bewerkstellingen dat door een ontslagbesluit ook een einde wordt gemaakt aan de arbeidsrechtelijke verhouding. Daarom heeft te gelden dat een ontslagbesluit in beginsel tevens beëindiging van de dienstbetrekking van de bestuurder tot gevolg heeft. Voor een uitzondering is slechts plaats indien een wettelijk ontslagverbod aan die beëindiging in de weg staat of indien partijen anders zijn overeengekomen.

 

De AVA heeft, als het orgaan dat bevoegd is de statutair directeur te benoemen, ex artikel 2:244 lid 1 BW ook de bevoegdheid hem te ontslaan. Die bevoegdheid ziet tevens op de beëindiging van de dienstbetrekking. 

 

 

 

Join World Supporter
Join World Supporter
Log in or create your free account

Why create an account?

  • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
  • Once you are logged in, you can:
    • Save pages to your favorites
    • Give feedback or share contributions
    • participate in discussions
    • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
Follow the author: Law Supporter
Content categories
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.