Strafrecht & Strafproces - studie en kennis

 

Strafrecht en strafprocesrecht als studie en kennisgebied

 

Delict - Formeel strafrecht - Materieel strafrecht - Onrechtmatige daad - Overtreding - Schuld

JoHo: crossroads uit bundel
Inloggen of aansluiten om alle teksten te kunnen zien en alle tools te kunnen gebruiken

Ben je ingelogd als JoHo donateur dan krijg je op deze pagina toegang tot meer gerelateerde informatie.

Ben je ingelogd als abonnee dan zie je alle gerelateerde informatie.

Log in als je nog niet bent ingelogd.

  Themapagina

Wat is materieel strafrecht en waarom bestaat strafrecht?

Wat is materieel strafrecht en waarom bestaat strafrecht?

Wat zijn de kernvragen van materieel strafrecht?

  • Het studiegebied materieel strafrecht kan gedefinieerd worden als het rechtsgebied dat regelt welke gedragingen onder welke omstandigheden strafbaar zijn, waaruit de straffen bestaan en onder welke voorwaarden het strafrecht mag worden toegepast. De volgende vragen staan dan ook centraal:
  • Welke gedragingen zijn wel of niet toegestaan in Nederland en welke personen kunnen daarvoor gestraft worden?
  • Welke strafbepalingen zijn er (zoals oplichting, moord, diefstal etc.), wat is de structuur van het strafbare feit en hoe zit het bijvoorbeeld met medeplichtigheid, wederrechtelijkheid, causaliteit, opzet, culpa, poging en voorbereiding, noodweer, daderschap, deelneming of strafuitsluitingsgronden?

Waarom is materieel strafrecht relevant?

  • Wanneer een strafbaar feit wordt gepleegd, zal de overheid optreden ter bescherming van de rechtsorde. Daarbij kan de overheid ver ingrijpen op het leven van burgers, door bijvoorbeeld vrijheidsstraffen op te leggen of andere dwangmiddelen toe te passen.
  • Strafrecht vraagt derhalve om rechtspolitieke keuzes van wat rechtvaardig is, waarbij het belang tussen samenleving, verdachten en slachtoffers continu in acht genomen moet worden.

Meer informatie

Wat is formeel strafrecht en waarom bestaat strafprocesrecht?

Wat is formeel strafrecht en waarom bestaat strafprocesrecht?

Wat zijn de kernvragen van strafprocesrecht?

  • Het strafprocesrecht omvat de regels die nodig zijn om het strafrecht uit te kunnen voeren en te verwezenlijken.
  • Mensen die met strafprocesrecht bezig zijn vragen zich af hoe de gang van zaken juridisch is geregeld tussen het gepleegde strafbare feit en de sanctionering door een rechter, of van het doen van onderzoek tot en met de tenuitvoerlegging van een opgelegde straf.
  • Zo wordt onder meer behandeld: aan welke regels is opsporing gebonden, of vervolging, wat is het rechterlijk beslissingsmodel (348/350 Sv), wat is wel of geen bewijs, wat zijn de consequenties van onrechtmatig verkregen bewijs en hoe dient een vonnis gemotiveerd te worden?

Waarom is strafprocesrecht relevant?

  • Of je het nu wil of niet, je zal in Nederland altijd in aanraking komen met zaken die het strafprocesrecht aangaan. Van beveiligingscamera's op de muur tot meer blauw op straat, de 'sterke arm van de wet' zal er altijd zijn om je te beschermen en indien nodig op te sporen.
  • Het is dan ook voor iedere burger relevant te weten waar de grenzen liggen van deze overheidsmacht.
  • Voor juristen en criminologen of opsporingsambtenaren en politieagenten is het niet alleen relevant maar essentieel om te weten wat de overheid wel of niet rechtmatig mag doen in het opsporen of vervolgen van een verdachte, want voor hen kan een kleine overtreding het verschil betekenen tussen vrij of vast - of schuld of onschuld.

Meer informatie

Waar vind je meer informatie over materieel strafrecht?

Waar vind je meer informatie over materieel strafrecht?

 

Positionering van het strafrecht

  • Binnen het recht zijn er verschillende rechtsgebieden. Het strafrecht houdt zich bezig met het bestraffen van personen die een strafbaar feit hebben gepleegd. De Staat heeft een monopolie om te straffen omdat alleen de overheid mag straffen. Een burger die een strafbaar feit pleegt moet verantwoording afleggen aan de overheid, die hem vervolgens straf kan opleggen.
  • Dit is een belangrijk verschil met het civiele (of burgerlijke) recht, waarin de verhouding tussen burgers onderling wordt geregeld. De Staat blijft hier buiten, omdat het civiele recht een zaak is van twee (of meer) burgers.
  • Let wel, ook het bestuursrecht regelt de verhouding tussen burgers en de Staat. Dit rechtsgebied houdt zich bezig met het functioneren van de overheid. Voorbeelden van bestuursrechtelijke kwesties zijn het afgeven van een horecavergunning door de gemeente of de beslissing van de overheid tot de aanleg van een nieuwe spoorlijn. De algemene regels van het bestuursrecht zijn te vinden in de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
  • In het civiele recht kan de ene burger de andere burger dagvaarden en zo het geschil voorleggen aan een onafhankelijke (burgerlijke) rechter die een beslissing neemt. In het strafrecht daarentegen kan alleen de Officier van Justitie (OvJ) een verdachte van een strafbaar feit voor de (straf)rechter brengen. De OvJ is een vertegenwoordiger van het Openbaar Ministerie (OM), het staatsorgaan dat belast is met de vervolging van verdachten.
  • Voor slachtoffers van strafbare feiten bestaat de mogelijkheid om schadevergoeding te verzoeken bij de strafrechter (art. 51f Sv) Dit voorkomt een lange, dure en ingewikkelde procedure bij de civiele rechter.

Redenen om te straffen

  • Over het waarom, het doel, van straffen bestaan verschillende zienswijzen. In het algemeen worden als doelen van het opleggen van straffen genoemd: vergelding en preventie.
  • Het vergeldingsaspect impliceert dat door het opleggen van straf, het kwaad dat de dader van een strafbaar feit heeft veroorzaakt, wordt vergolden door leedtoevoeging.
  • Het andere doel, de preventie, onderscheidt 2 soorten van preventie: de speciale en generale. Met speciale preventie wordt beoogd te voorkomen dat de dader nog een keer strafbare feiten pleegt en met generale preventie wordt beoogd te voorkomen dat anderen dan de gestrafte een strafbaar feit plegen.

Materieel strafrecht en strafprocesrecht

  • Het strafrecht wordt verdeeld in twee takken: het materieel strafrecht en het formeel strafrecht.
  • Het materieel strafrecht legt vast welke gedragingen wel of niet toegestaan zijn en welke personen daarvoor gestraft kunnen worden. Het omvat strafbepalingen (zoals oplichting, moord, diefstal etc.) en algemene leerstukken over bijvoorbeeld medeplichtigheid, poging en noodweer. Voor een belangrijk deel wordt het materieel strafrecht geregeld in het Wetboek van Strafrecht (Sr).
  • Het formele strafrecht (of strafprocesrecht) omvat de regels van het strafproces. Deze regels zijn grotendeels te vinden in het Wetboek van Strafvordering (Sv).
  • Naast het materiële en formele strafrecht bestaat er ook nog het sanctierecht. Hierin is geregeld onder welke voorwaarden bepaalde straffen mogen worden opgelegd en ten uitvoer worden gelegd. Het sanctierecht het is zowel in het Sr als in het Sv geregeld.
  • Het formele en materiële strafrecht moet men niet verwarren met de begrippen wetten in formele en materiële zin. Dit laatste onderscheid heeft te maken met de totstandkoming van wetten.

Klassiek en bijzonder strafrecht

  • Het strafrecht dat is opgenomen in het Wetboek van Strafvordering en Strafrecht duidt men aan als het klassieke (of commune) strafrecht.
  • Bovendien zijn er strafbepalingen in andere wetten, zoals de Wegenverkeerswet 1994, Opiumwet, Wet wapens en munitie, Wet toezicht effectenverkeer etc. Deze wetten vormen samen het bijzondere strafrecht en zijn dan ook bijzondere strafwetten.

Bronnen

Waar vind ik meer informatie over materieel strafrecht?

Waar vind je meer informatie over Strafprocesrecht?

Waar vind je meer informatie over Strafprocesrecht?

 

Positie van het strafprocesrecht binnen de rechtswetenschap

  • Binnen het recht zijn er verschillende rechtsgebieden. Het strafrecht houdt zich bezig met het bestraffen van personen die een strafbaar feit hebben gepleegd. De Staat heeft een monopolie om te straffen omdat alleen de overheid mag straffen. Een burger die een strafbaar feit pleegt moet verantwoording afleggen aan de overheid, die hem vervolgens straf kan opleggen.
  • Dit is een belangrijk verschil met het civiele (of burgerlijke) recht, waarin de verhouding tussen burgers onderling wordt geregeld. De Staat blijft hier buiten, omdat het civiele recht een zaak is van twee (of meer) burgers.
  • Let wel, ook het bestuursrecht regelt de verhouding tussen burgers en de Staat. Dit rechtsgebied houdt zich bezig met het functioneren van de overheid. Voorbeelden van bestuursrechtelijke kwesties zijn het afgeven van een horecavergunning door de gemeente of de beslissing van de overheid tot de aanleg van een nieuwe spoorlijn. De algemene regels van het bestuursrecht zijn te vinden in de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
  • In het civiele recht kan de ene burger de andere burger dagvaarden en zo het geschil voorleggen aan een onafhankelijke (burgerlijke) rechter die een beslissing neemt. In het strafrecht daarentegen kan alleen de Officier van Justitie (OvJ) een verdachte van een strafbaar feit voor de (straf)rechter brengen. De OvJ is een vertegenwoordiger van het Openbaar Ministerie (OM), het staatsorgaan dat belast is met de vervolging van verdachten.
  • Voor slachtoffers van strafbare feiten bestaat de mogelijkheid om schadevergoeding te verzoeken bij de strafrechter (art. 51f Sv) Dit voorkomt een lange, dure en ingewikkelde procedure bij de civiele rechter.

Lees meer bij:

Wat wordt verstaan onder het strafprocesrecht

  • Om tot bestraffing te komen zal een strafrechtelijk onderzoek uitgevoerd moeten worden waarin vastgesteld moet worden wat er precies is gebeurd en welke personen daarbij betrokken zijn geweest. Dat onderzoek vindt plaats binnen bepaalde regels, die grotendeels in het Wetboek van Strafvordering zijn neergelegd.
  • Het deel van het strafrecht dat ziet op de regels voor strafrechtelijk onderzoek wordt strafprocesrecht, formeel strafrecht of strafvordering genoemd.

Lees meer bij:

Juridische regels omtrent de voorbereiding op een proces

  • Een proces wordt voorbereid met een voorbereidend onderzoek. In het voorbereidend onderzoek wordt onderzocht of er een strafbaar feit is gepleegd en of er een verdachte kan worden gevonden. Verder wordt bewijsmateriaal tegen deze verdachte verzameld.
  • Het voorbereidend onderzoek vormt in twee opzichten een ‘voorbereiding’.
  • Ten eerste zal de officier van justitie op basis van dit onderzoek beslissen of de verdachte al dan niet voor een rechter wordt gedagvaard om te worden berecht. Indien hij denkt dat de rechter niet tot een veroordeling kan komen, zal hij afzien van vervolging (seponeren).
  • Ten tweede is de ‘voorbereiding’ gelegen in het verzamelen van materiaal op basis waarvan de rechter de vragen van artikel 350 Sv zal kunnen beantwoorden.

Lees meer bij:

Strafbaarheid en strafproces

  • Een strafbaar feit is een feit dat in een wettelijke strafbepaling strafbaar is gesteld. Een strafbaar feit is echter onderdeel van een groter geheel, namelijk de strafbaarheid.
  • Een definitie van strafbaarheid is: een menselijke of rechtspersoonlijke gedraging, die valt binnen een delictsomschrijving, wederrechtelijk is en aan schuld te wijten is.
  • Deze vier onderdelen worden ook wel de voorwaarden voor strafbaarheid genoemd. Als de rechter heeft vastgesteld dat aan deze vier voorwaarden is voldaan, kan een straf worden opgelegd.
  • De rechter beoordeelt echter niet alleen of aan de vier voorwaarden voor strafbaarheid zijn voldaan, het oordeel van politie en OM gaat vooraf aan dat van de rechter. De politie en het OM zijn de eerste instanties die oordelen over het vervuld zijn van de voorwaarden. Zij bepalen vervolgens of de rechter ook om een oordeel zal worden gevraagd.

Lees meer bij:

Schuld, opzet, daderschap en causaliteit

  • Naast de kennis van de voorwaarden voor strafbaarheid en de uitbreiding daarvan, zijn causaliteit en daderschap mede van belang om vast te stellen wie wel en wie niet strafrechtelijk kunnen worden vervolgd. Causaliteit en daderschap hebben betrekking op de eerste vraag van artikel 350 Sv. Er wordt dus beoordeeld of de verdachte het hem ten laste gelegde feit heeft begaan.
  • Een probleem bij de causaliteit en het daderschap is dat in een concreet geval niet altijd de strafrechtelijk aansprakelijke persoon is aan te wijzen, door alleen te kijken naar wat er in het verleden is gebeurd in het licht van de delictsomschrijving. Er moet hiervoor een beroep worden gedaan op algemene theoretische opvattingen. De causaliteitstheorieën en de opvattingen betreffende het daderschap kunnen hier uitkomst bieden.
  • Bij de causaliteitstheorie staat de volgende vraag centraal: wat moet in het algemeen als oorzaak van een bepaald gevolg worden beschouwd? Bij de opvattingen betreffende het daderschap staat de vraag wie maatschappelijk als degene die een bepaalde delictsomschrijving heeft vervuld of kan vervullen centraal.

Lees meer bij:

Delictsomschijving en tenlastelegging

  • Een tenlastelegging is niet zomaar een beschrijving van wat iemand gedaan zou hebben. De beschrijving vindt plaats in samenhang met de delictsomschrijving die op het beschrevene van toepassing wordt geacht.
  • Er wordt dus een verband gelegd tussen de tenlastelegging en de delictsomschrijving.
  • Voor zover de tenlastelegging woordelijk overeenkomt met de delictsomschrijving, is de tenlastelegging niet bewezen indien het gebeuren niet tevens onder de delictsomschrijving valt. Het voldoen aan de delictsomschrijving is nu als het ware een onderdeel geworden van de tenlastelegging: de tenlastelegging is pas bewezen als eveneens aan de delictsomschrijving is voldaan.

Lees meer bij:

Het rechtelijk beslissingsschema (art 348/350 Sv)

  • Na het onderzoek ter terechtzitting gaan de rechters beraadslagen over de vragen van de artikelen 348 en 350 Sv. De rechters gaan dan kijken of het ten laste gelegde feit bewezen kan worden.
  • De bewijsvraag heeft geen betrekking tot het bestaan van strafuitsluitingsgronden. Deze hoeven slechts aannemelijk gemaakt te worden.

Lees meer bij:

Het vonnis

  • De artikelen 358 en 359 Sv vormen het wettelijk kader voor de opbouw van het vonnis. Op basis van art. 358 lid 1-3 Sv moet de rechter de beslissingen die hij op grond van art. 349 lid 1 Sv en art. 350 Sv heeft genomen in zijn vonnis opnemen.
  • Dat wil zeggen dat de rechter in het vonnis de volgende beslissingen moet vermelden:
    • dat de dagvaarding nietig is (art. 358 lid 1 Sv)
    • dat hij onbevoegd is (art. 358 lid 1 Sv)
    • dat het OM niet-ontvankelijk is (art. 358 lid 1 Sv)
    • dat de vervolging moet worden geschorst (art. 358 lid 1 Sv)
    • dat de verdachte heeft betoogd dat één van de hierboven genoemde beslissingen door de rechter moet worden genomen, maar de rechter het daarmee oneens is (art. 358 lid 3 Sv)
    • of het tenlastegelegde bewezen is, ook al stuurt verdachte niet aan op een vrijspraak (art. 358 lid 2 Sv)
    • of het bewezen verklaarde strafbaar is, ook al stuurt verdachte niet aan op een OVAR (art. 358 lid 2 Sv)
    • of de verdachte strafbaar is, ook al stuurt verdachte niet aan op een OVAR (art. 358 lid 2 Sv)

Lees meer bij:

Invloed van mensenrechten op het strafprocesrecht

  • Mensenrechten zijn rechten die zo belangrijk gevonden worden dat de overheid garandeert dat zij op deze rechten onder normale omstandigheid geen inbreuk zal maken. De meeste mensenrechten zijn terug te vinden in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en de Grondwet. In plaats van mensenrechten wordt ook wel eens gesproken van grondrechten of fundamentele rechten.
  • Mensenrechten hebben verticale werking. Dat wil zeggen dat ze gelden in de relatie overheid-burger. Schending van mensenrechten gebeurt dan door de overheid. Horizontale werking van mensenrechten is echter ook mogelijk. De mensenrechten worden dan door medeburgers geschonden.
  • In Nederland hebben verdragen een speciale status (art. 93 en 94 Gw). Nederland kent een monistisch stelsel. Verdragen werken direct door in de Nederlandse rechtsorde indien het gaat om ‘een ieder verbindende bepalingen’. Dat zijn bepalingen die geen nadere uitwerking nodig hebben om te kunnen functioneren. In de strafrechtspraktijk wordt heel vaak beroep gedaan op de bepalingen uit het EVRM.

Lees meer bij:

Sancties op onregelmatigheden in het strafprocesrecht

  • Eind jaren tachtig waren buiten de wet om drie strafprocessuele sancties op onrechtmatig handelen tot stand gekomen. De behoefte rees om dit strafprocesrecht van een wettelijke basis te voorzien. Daarom is art. 359a Sv in het leven geroepen. Het artikel maakt duidelijk dat de rechtbank rechtsgevolgenkan verbinden aan verzuim van vormen bij het voorbereidend onderzoek. Daarbij kan het gaan om strafverlaging, bewijsuitsluiting of niet-ontvankelijkheid van het OM. De bedoeling van het artikel is codificatie.
  • Het artikel is vrijblijvend geformuleerd: de rechter ‘kan’. Hieruit blijkt dat de rechtbank wellicht ook andere consequenties kan verbinden aan onregelmatigheden. De bedoeling was niet dat de wet de beslissing van de rechter sterk zou sturen. De toepassing van art. 359a Sv is lange tijd met betrekkelijk veel onzekerheden omgeven geweest. Pas in het Loze Hashpijp arrest is door de Hoge Raad een kader gecreëerd dat enige duidelijkheid biedt.

Lees meer bij:

Veelgebruikte afkortingen in het strafprocesrecht

  • In het strafprocesrecht worden veel afkortingen voor
  • Het kan dan handig zijn om een lijst van veelgebruikte afkortingen te hebben

Lees meer bij:

 

Welke vaardigheden en competenties oefen je met strafrecht?

Welke vaardigheden en competenties oefen je met strafrecht?

 

Analyseren

  • Wanneer je bezig bent met je afvragen of iets noodweer is of niet, of dat de handeling van de overheid wel of niet rechtmatig was, ben je bezig met het verbanden leggen tussen gegevens en met gegronde conclusies trekken.
  • Daarmee ontwikkel je je analyseervermogen en zo leer je complexe problemen op te delen in onderdelen en om hoofd- en bijzaken van elkaar te onderscheiden
  • Meer weten? Lees meer over analyseren

Creatief zijn

  • Bij strafrecht is jurispudentie erg belangrijk, waardoor je gedwongen wordt om vraagstukken vanuit verschillende invalshoeken te bekijken, waarbij je met nieuwe en originele ideeën en oplossingen in aanraking komt.
  • Zo oefen je om creatief te zijn en daarmee ontwikkel je het vermogen om efficiënt en automatisch te worden in het denken en het oplossen van problemen.
  • Meer weten? Lees meer over creatief zijn

Integer zijn

  • Bij strafrecht ben je intensief bezig met mogelijke overtredingen op de algemeen aanvaarde normen en waarden en oefen je om mensen aan te spreken op overtredingen.
  • Daarmee wordt spelenderwijs integer gedrag gestimuleerd.
  • Meer weten? Lees meer over integer zijn

Oordeel vormen

  • Of je het nu leuk vindt of niet, uit de beschikbare informatie zal je een realistische, onderbouwde en bruikbare conclusie moeten trekken over bijvoorbeeld schuld of onschuld, doleus of niet, en of acties überhaupt strafbaar zijn of niet.
  • Dit betekent dat je je oordeelsvermogen scherpt en daarmee alternatieve handelswijzen leert in te zien.
  • Meer weten? Lees meer over oordeelsvorming

Meer info

TentamenTickets Strafrecht - Kennis & Studiegebied

TentamenTickets Strafrecht - Kennis & Studiegebied

 

Inleiding in strafrecht en materieel strafrecht

  • Strafrecht begint met gegevens op waarde schatten, stappenplannen volgen om op basis van feitelijkheden tot conclusies te komen, beslissingen kunnen motiveren, en relevante jurisprudentie erbij betrekken.

  • Veelvuldig terugkerende onderdelen van materieel strafrecht zijn opzet en schuld, strafuitsluitingsgronden, poging en voorbereiding van het strafbare feit, daderschap, deelneming en deelnemingsvormen.

  • Bij het materiële strafrecht moet je goed onderscheid kunnen maken tussen de verschillende delictsvormen.

  • Arresten waarnaar regelmatig wordt verwezen en teruggegrepen bij materieel strafrecht, zijn: HIV I en Dreigbrief.

  • Bij strafrechtzaken is het vaak de vraag in hoeverre sprake was van opzet, hierbij kan verwezen worden naar het Ijzerdraad-arrest en het Drijfmest-arrest.

  • Bij veel strafrechtzaken kan in twijfel worden getrokken of er op basis van redelijke toerekening een causaal verband bestaat tussen de gepleegde overtreding en het letsel dat bij het slachtoffer is ontstaan, relevante jurisprudentie kan hierbij zijn: het Kroeggeweld-arrest, het Dwarslaesie-arrest, en het Bloedvergiftiging-arrest.

  • De eerste stap is aanwijzen dat sprake is van een culpoze daad, vervolgens kan stapsgewijs de culpa worden ontrafeld. Meer informatie kan je hier vinden: Wanneer is een gevolgsdelict culpoos?

 

Formeel strafrecht / Strafprocesrecht

  • Bij het strafprocesrecht zijn de verschillende te ondernemen stappen en schema’s belangrijk, zoals met betrekking tot culpa.

  • Er moet onderscheid worden gemaakt tussen straf- en schulduitsluitingsgronden, waarbij ook de ongeschreven gronden van belang zijn.

  • Ook het verschil tussen vrijspraak en ontslag van alle rechtsvervolging is essentieel.

  • Belangrijke bij strafprocesrecht betrokken onderwerpen zijn: de weerslag van het EVRM in het Nederlands recht, de grondslagen van tenlastelegging, de soorten opsporingsonderzoek, de eisen voor aanhouden en staande houden, de eisen voor voorlopige hechtenis, de eisen en procedures rondom getuigen, de wettigheid van verschillende soorten bewijsmiddelen, de regels omtrent het spreekrecht, de gevolgen van onregelmatigheden in het strafproces, het Zwolsman-criterium en de voorwaarden van Uitdrukkelijk onderbouwde standpunten (UOS).

  • Sinds 1 maart 2017 zijn er twee nieuwe wetten in werking getreden over het recht van een verdachte op bijstand van een raadsman voorafgaand en tijdens het politieverhoor. Ook al gaat het om details, deze inwerkingtreding heeft gevolgen voor het verloop van veel zaken.

  • Om fouten in de toepassing van bewijsrecht te voorkomen, is kennis van de eisen die worden gesteld aan verschillende soorten bewijs nodig, zie hiervoor bijvoorbeeld hoofdstuk 14 in Ons strafrecht 2, Strafprocesrecht.

  • Er zijn specifieke regels die bewaken in welke gevallen getuigen niet worden opgeroepen in geval van angst van getuigen en het gevaar dat getuigen lopen bij een terechtzitting.

  • Een artikel waarnaar vaak verwezen wordt, is artikel 6 van het EVRM.

  • Om verder te komen in het strafprocesrecht en er dieper begrip van te ontwikkelen, kan het helpen om het belang van het EHRM in de toepassing van het EVRM te doorgronden en uit te kunnen leggen.

 

Wanneer is een gevolgsdelict culpoos? TentamenTicket Strafrecht

Wanneer is een gevolgsdelict culpoos? TentamenTicket Strafrecht

Hoe verhouden onvoorzichtig gedrag, verwijtbaarheid, aanmerkelijke mate en causaal verband zich tot elkaar om tot een culpoos gevolgsdelicht te komen?

In geval van een culpoos gevolgsdelicht betekent culpa: verwijtbare aanmerkelijke onvoorzichtigheid.

Er zal dus sprake moeten zijn van:

  • Onvoorzichtig gedrag
  • Verwijtbaarheid
  • Aanmerkelijke mate
  • Causaal verband

Log in en lees meer over hoe deze bestanddelen zich verhouden tot culpa (voor donateurs)

Inleiding strafrecht - Proeftentamen

Inleiding strafrecht - Proeftentamen

 

Vrijheidsbenemende dwangmiddelen

Voor de toepassing van welke van de volgende vrijheidsbenemende dwangmiddelen dient er meer dan een eenvoudige verdenking te bestaan?

A) aanhouding;
B) bewaring;
C) ophouden voor onderzoek;
D) inverzekeringstelling.

Daders en medeplichtigen

Een medeplichtige wordt niet als dader van het strafbare feit gezien, omdat zijn opzet niet is gericht op het strafbare feit dat wordt gepleegd, maar slechts op de deelneming aan dat feit.

A) dit is correct;
B) dit is niet correct.

Theorieën over het opleggen van straf

Tot welke stroming behoort de opvatting dat humane behandeling van delinquenten voorop dient te staan en dat de overheid zich zou moeten richten op resocialisatie van delinquenten?

A) de Utrechtse School;
B) de Klassieke School;
C) de Nieuwe richting;
D) de autoritaire richting.

Causaliteitsleer

Bij een gewapende overval op haar videotheek wordt Kim met een golfclub in haar nek en op haar hoofd geslagen. Als gevolg daarvan loopt ze een hoge dwarslaesie op. Na een aantal maanden blijkt dat er voor haar geen enkel vooruitzicht op verbetering is: ze is voor de rest van haar leven afhankelijk van hulp, lijdt aan geheugenverlies en chronische hoofdpijn. Ze besluit dat ze niet verder wil leven en doet een verzoek tot euthanasie. De overvaller wordt vervolgd voor diefstal met geweld, de dood ten gevolge hebbend (art. 312 Sr).

  • Toepassing van welke causaliteitsleer leidt waarschijnlijk tot het oordeel dat er geen causaal verband bestaat tussen het uitgeoefende geweld en het intreden van de dood?
A) de leer van de condicio sine qua non;
B) de leer van de adequate veroorzaking in zijn objectieve variant;
C) de leer van de redelijke toerekening;
D) de causa proxima-theorie.

Strafbaarheid

Het Nederlandse strafrecht is te kenschetsen als daadstrafrecht en schuldstrafrecht.

  • Leg uit wat met beide begrippen wordt bedoeld.

Het beslissingsmodel

Henk heeft al jaren ruzie met zijn buurman over de erfafscheiding. Op een dag ziet hij dat zijn buurman de dure planten die tegen de rand van de erfafscheiding staan uit Henks tuin haalt en in de kliko gooit. Henk wordt woest, loopt op de buurman af en geeft hem een paar rake klappen.

Henk wordt vervolgd en hem wordt mishandeling (art. 300 lid 1 Sr) ten laste gelegd. Ter terechtzitting doet Henk een beroep op psychische overmacht, een schulduitsluitingsgrond.

  • Stel dat de rechter het verweer van Henk aanvaardt. Tot welke einduitspraak dient de rechter te komen?

Casus

Fitz en Mollie hebben al jaren een relatie. Het stel woont samen in een appartement nabij het centrum van Holt. Op 3 januari 2016 zet Mollie echter een punt achter de relatie. Mollie vindt het hoog tijd om eens van het vrijgezelle leven te genieten. Dat Mollie de relatie beëindigt, komt voor Fitz als een donderslag bij heldere hemel. Hij was dolgelukkig met Mollie. Uiteindelijk verhuist Fitz naar een studentenkamer ergens in Holt. Fitz wil graag contact houden met zijn ex-vriendin, maar dat wil zij liever niet. Met veel moeite lukt het Fitz de eerste twee weken geen contact op te nemen met Mollie. Maar hij kan aan niets anders meer denken en wil Mollie voor zich terugwinnen. Creatief als Fitz is, verzamelt hij de mooiste foto's die hij van zichzelf en Mollie kan vinden en maakt daarvan een boek. "Ik kan niet zonder je! Ik wil je terug!" schrijft hij op de laatste pagina. Fitz pakt het fotoboek met zorg in en doet het op de post. Vol verwachting kijkt hij uit naar de reactie van Mollie, maar die blijft uit. Ook op zijn talloze WhatsApp-berichten en e-mails, waarin Fitz op indringende toon schrijft de relatie te willen herstellen, reageert Mollie niet. De zevende keer dat Fitz voor Mollies deur van haar appartement staat, doet ze eindelijk open. "Ik wil je niet terug. Scheer je weg!" schreeuwt Mollie en gooit de deur met een harde klap dicht. Fitz blijft wachten en intussen belt Mollie de politie. Even later arriveren twee politieagenten die Fitz sommeren naar huis te gaan, wat hij ook doet. Fitz neemt daarna geen contact meer op met Mollie.

Mollie dient een klacht in ter zake van belaging (art. 285b lid 1 jo. lid 2 Sr). Twee maanden later ontvangt Fitz een dagvaarding en daaruit blijkt dat hij wordt vervolgd voor belaging van zijn ex-vriendin (art. 285b lid 1 Sr). Fitz zal op 9 mei 2016 moeten verschijnen voor de rechtbank Noord, locatie Holt.

Aan hem is tenlastegelegd dat:

Hij in of omstreeks de periode van 17 januari tot en met 14 februari 2015 te Holt, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van Mollie met het oogmerk die Molie, te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen, door het verzenden van een groot aantal (indringende) e-mail- en/of WhatsApp-berichten en een fotoboek aan die Mollie en/of zich meermalen ophouden nabij de woning van die Mollie (art. 285b lid 1 van het Wetboek van Strafrecht).

Als bijna afgestudeerd jurist voert Fitz zijn eigen verdediging. Tijdens de terechtzitting voert hij het volgende aan:

I. "De dagvaarding is dan wel op juiste wijze betekend, maar de dagvaarding vermeldt een verkeerde tijdsperiode waarbinnen de strafbare gedragingen zouden hebben plaatsgevonden. Een en ander zou zich namelijk dit jaar, in 2016, hebben voorgedaan. De dagvaarding moet daarom nietig worden verklaard."

II. "Het was helemaal niet mijn bedoeling een strafbaar feit te plegen. Daarom kan de tenlastelegging niet bewezen worden."

Vraag 1

  • Beoordeel de juridische relevantie van de verklaringen van Fitz.

Vervolg casus

Stel, anders dan het voorgaande, voert Fitz ter zitting het volgende aan:

I. "Van stelstelmatigheid is geen sprake. Hoewel de jurisprudentie niet helder is over dit begrip, kunnen mijn gedragingen niet aangemerkt worden als stelselmatig. Zoveel berichtjes heb ik niet aan Mollie gestuurd. Daarom kan de tenlastelegging niet worden bewezen."

II. "Ik doe een beroep op overmacht-noodstoestand. Ik wil Mollie zo graag terug in mijn leven. Dat moest ik haar duidelijk maken en ik had dat niet op een andere manier kunnen doen."

Ga ervan uit dat de tenlastelegging de correcte tijdsperiode aanduidt. De rechter komt tot een veroordeling en legt een geldboete op.

Vraag 2

  • Welke beslissingen en motiveringen dient de rechter in het vonnis op te nemen ten aanzien van het ten laste gelegde feit? Betrek in uw antwoord hetgeen Fitz bij deze tweede variant van de casus onder punt I en II heeft aangevoerd.

Vervolg casus

De schrik zit er behoorlijk in bij Mollie. Het gedrag van haar ex-vriend Fitz heeft haar angstig gemaakt. Ze is bang om te daten, laat staan een nieuwe relatie aan te gaan. Ze vreest met net zo een obsessief persoon als Fitz in aanraking te komen. Het maakt Mollie boos dat Fitz haar leven zo heeft beïnvloed. Daarom stuurt Mollie, voor de terechtzitting, de officier van justitie een verzoek om te mogen spreken tijdens de zitting. Mollie wil de rechter vertellen welke invleod het gedrag van Fitz in deze zaak heeft op haar privéleven. Ook wil ze tijdens de zitting de rechter op het hart drukken dat ze Fitz geen toestemming heeft gegeven contact met haar op te nemen.

Vraag 3

  • Mag Mollie op grond van het geldend recht deze verklaringen ter terechtzitting voordragen? Ga in uw antwoord in op alle onderdelen van de verklaring die Mollie af wil leggen.

Vervolg casus

Stel, anders dan het voorgaande: als Fitz de dagvaarding ontvangt, doet hij nog één poging om Mollie voor zich te winnen. Hij nodigt Mollie uit om alles uit te praten. 'Ik accepteer het volledig als je niets meer met me wilt. En ik heb ook spijt van mijn eerdere acties. Maar ik wil dat we als vrienden uit elkaar gaan.' Vooruit dan maar, denkt Mollie, en ze gaat bij Fitz langs. Maar al snel gaat het fout. Het gesprek wordt zeer onaangenaam als Fitz haar vraagt het nog een keer met hem te proberen en Mollie maakt hem duidelijk dat ze daar niet voor gekomen is en bovendien sinds kort een relatie heeft met Chade, een oude bekende van Fitz. Mollie staat op om naar huis te gaan. Fitz heeft echter de kamerdeur op slot gedaan, zodat Mollie niet weg kan. 'Maak die deur open!', roept ze. 'Nee', zegt Fitz, 'jij belt Chade nu op en zegt hem dat het voorbij is tussen jullie.' Maar Mollie weigert dit te doen. Dan gaat Fitz door het lint. Hij pakt een zware vaas en slaat die op Mollies hoofd kapot. Zwaar gewond ligt Mollie op de grond. Fitz schrikt van zijn actie en belt snel 112. Maar als de ambulance arriveert, is Mollie al aan haar verwondingen overleden.

Fitz wordt vervolgd voor 'gijzeling, de dood ten gevolge hebbend' (art. 282a lid 1 jo lid 3 Sr).

Ter zitting stelt Fitz: 'Dat ik mij schuldig heb gemaakt aan gijzeling, is evident. Maar ik betwist wel het oorzakelijk verband tussen de gijzeling en Mollies dood. Het was ook niet mijn bedoeling haar te doden. Ze is, beter gezegd: was, nota bene de liefde van mijn leven!'

Vraag 4

  • Zal de rechter tot een bewezenverklaring kunnen komen? U mag ervan uitgaan dat de gijzeling bewezen kan worden. Betrek in uw antwoord het verweer van Fitz.

Vraag 5

  • Zijn de volgende stellingen juist? Motiveer (kort) uw antwoord.

I. 'Bij voorwaardelijk opzet is de aanmerkelijke kans op het gevolg af te leiden uit algemene ervaringsregelen en de aard van het gevolg.'

II. 'Art. 82 Sr bepaalt wat onder zwaar lichamelijk letsel wordt begrepen. Omdat art. 82 Sr in het Eerste Boek (Algemene bepalingen) van het Wetboek van Strafrecht staat, is deze bepaling ook van belang voor bijzondere wetten waarin de uitdrukking 'zwaar lichamelijk letsel' voorkomt, zoals art. 6 Wegensverkeerswet 1994.

Uitgelichte samenvattingen rond Materieel strafrecht & Formeel strafrecht / Strafprocesrecht

Uitgelichte samenvattingen rond Materieel strafrecht & Formeel strafrecht / Strafprocesrecht

Inleiding in materieel strafrecht

Ons Strafrecht, deel I: Het materiële Strafrecht van Knigge en Wolswijk - Boek en JoHo's

  • Handboek dat uitgebreid het materiële strafrecht uitlegt.
  • In vergelijking tot andere boeken over strafrecht, geeft dit boek meer uitleg, in verhalende stijl.

Materieel Strafrecht van De Hullu - Boek & JoHo's

  • Lijvige introductie in (materieel) strafrecht.
  • In vergelijking tot andere boeken over strafrecht, biedt dit boek een kritische kijk en stimuleert het om zelf na te denken over de inrichting van het strafrecht.

Grondtrekken van het Nederlandse Strafrecht van Kronenberg en de Wilde - Boek & JoHo's

  • Inleiding in strafrecht.
  • De focus ligt in dit boek meer op definities en opsommingen van de basisbegrippen dan op uitleg of analyse.
  • In vergelijking tot andere boeken over strafrecht, is dit boek toegankelijker.

Studieboek materieel strafrecht van Kelk & de Jong - Boek & JoHo's

  • Introductie in (materieel) strafrecht, speciaal geschreven voor studenten.
  • De stof wordt op overzichtelijke wijze gepresenteerd.
  • In vergelijking tot andere boeken over strafrecht, biedt dit boek een completer overzicht van bepaalde onderdelen van het materiële strafrecht, maar is er daardoor minder ruimte voor analyse.

Strafrecht met mate van Klip - Boek & JoHo's

  • Goed leesbare uitleg van de beginselen van strafrecht.
  • In vergelijking tot andere boeken over strafrecht, is dit boek smeuïger en meer verhalend geschreven, door de praktijkvoorbeelden komt het strafrecht meer tot leven.

Beginselen van Strafrecht van Enschede - Boek & JoHo's

  • Inleidend basisboek over strafrecht.
  • In vergelijking tot andere boeken over strafrecht, is dit boek zeer toegankelijk en worden slechts de hoofdbestanddelen van strafrecht behandeld.

 

Onrechtmatige daden

Onrechtmatige Daden van Nieuwenhuis - Boek & JoHo's

  • Uitleg van wat juridisch gezien een onrechtmatige daad precies betekent.

Onrechtmatige daad van Verheij (Monografieën Privaatrecht deel 4) - Boek & JoHo's

  • Uitleg van wat een onrechtmatige daad, aansprakelijkheid en schadevergoedingen inhouden.

 

Formeel strafrecht & Strafprocesrecht

Het Nederlands Strafprocesrecht van Corstens en Borgers - Boek & JoHo's

  • Dit handboek biedt een uitgebreide en gevorderde uitleg van strafprocesrecht.
  • In vergelijking tot andere boeken over strafprocesrecht, behandelt dit boek meer aspecten van en regels omtrent alle te volgen procedures en uitzonderingen.

Ons Strafrecht, deel II: Strafprocesrecht van Keulen et al. - Boek & JoHo's

  • Dit tweede deel van de reeks over strafrecht behandelt uitgebreid een aantal aspecten van strafprocesrecht.
  • In vergelijking tot andere boeken over strafprocesrecht, biedt dit boek meer uitleg over waarom de procedures van het strafproces zijn vormgegeven zoals ze zijn.

 

Het beslissingsmodel van 348/350

Het beslissingsmodel van 348/350 Sv van Koopmans - Boek & JoHo's

  • Het standaardwerk over het beslissingsmodel van de rechter en de artikelen 348 en 350.

 

 

Uitgelichte boeken en samenvattingen rond straf & recht en criminologie & maatschappij

Uitgelichte boeken en samenvattingen rond straf & recht en criminologie & maatschappij

 

Keuzehulp

  • Interesse in de criminologie als wetenschap? 'Criminology' van Hale is dan het meest uitgebreide werk om te bestuderen
  • 'Actuele criminologie' geeft een helder overzicht van de vele definities van het vakgebied
  • 'Space, Time and Crime' is zeker aan te raden voor een frisse blik op de omgeving en criminaliteit
  • Misdaad en straf hebben vele raakvlakken met andere studiegebieden, zoals internationaal recht, psychologie, economie, maatschappijwetenschappen of geschiedenis. Per perspectief zijn hieronder boeken en samenvattingen te vinden om misdaad en straf in breder perspectief te kunnen plaatsen dan het enge juridische perspectief

Samenvattingen

Strafrecht & Criminologie

Misdaad en straf in perspectief

   

Partnerselectie: Stage in het buitenland I

Partnerselectie: Stage in het buitenland I

Partnerselectie: Vrijwilligerswerk in het buitenland I

Partnerselectie: Vrijwilligerswerk in het buitenland I

JoHo toolshops voor werk, stage, vrijwilligerswerk in het buitenland met vacatures en organisaties

JoHo toolshops voor werk, stage, vrijwilligerswerk in het buitenland met vacatures en organisaties

Werken in het buitenland per activiteit en functie: startpagina's

JoHo zoekt medewerkers die willen meebouwen aan een tolerantere wereld

Werken, jezelf ontwikkelen en een ander helpen?

JoHo zoekt medewerkers, op verschillend niveau, die willen meebouwen aan een betere wereld en aan een zichzelf vernieuwende organisatie

Vacatures en mogelijkheden voor vast werk en open sollicitaties

Vacatures en mogelijkheden voor tijdelijk werk en bijbanen

Vacatures en mogelijkheden voor stages en ervaringsplaatsen

Aanmelden bij JoHo om gebruik te maken van alle teksten en tools
 

Aansluiten bij JoHo als abonnee of donateur

The world of JoHo footer met landenkaart

JoHo: crossroads uit de bundels
JoHo: paginawijzer

Thema's

Wat vind je op een JoHo Themapagina?

  • Geselecteerde informatie en toegang tot de JoHo tools rond een of meerdere onderwerpen
  • Geautomatiseerde infomatie die aan het thema is gekoppeld

Crossroad: volgen

  • Via een beperkt aantal geselecteerde webpagina's kan je verder reizen op de JoHo website

Crossroad: kiezen

  • Via alle aan het chapter verbonden webpagina's kan je verder lezen in een volgend hoofdstuk of tekstonderdeel.

Footprints: bewaren

  • Je kunt deze pagina bewaren in je persoonlijke lijsten zoals: je eigen paginabundel, je to-do-list, je checklist of bijvoorbeeld je meeneem(pack)lijst. Je vindt jouw persoonlijke lijsten onderaan vrijwel elke webpagina of op je userpage.
  • Dit is een service voor JoHo donateurs en abonnees.

Abonnement: nemen

  • Hier kun je naar de pagina om je aan te sluiten bij JoHo, JoHo te steunen en zo zelf en volledig gebruik maken van alle teksten en tools.

Hoe is de pagina op gebouwd

  • Een JoHo Themapagina pagina is opgezet aan de hand van 10 fases rond een bepaalde thema: statussen
  • De status van een thema kan je inzetten bij de belangrijke en minder belangrijke processen rond het thema van de pagina. Zoals keuzes maken, orienteren, voorbereiden, vaardigheden verbeteren, kennis vergroten, gerelateerd werk zoeken of zin geven.
  • Bij elke status vind je unieke of gerelateerde informatie van de JoHo website, die geautomatiseerd of handmatig wordt geplaatst.
  • Een belangrijk deel van de informatie is exclusief beschikbaar voor abonnees. Door in te loggen als abonnee wordt de informatie automatisch zichtbaar. Let wel, niet elke status zal evenveel content bevatten, en de content zal in beweging blijven.
  • De statussen:
  1. Start
  2. Oriëntatie : startpunt bepalen ->bijvoorbeeld: wat is je vraag of wat is het proces dat je gaat starten
  3. Selectie: verkennen en verzamelen van info en keuzehulp
  4. Afweging: opties bekijken en vergelijken -> bijvoorbeeld: alternatieven zoeken
  5. Competentie: verbeteren en competenties -> bijvoorbeeld: wat kan je doen om te slagen?
  6. Voorbereiding: voorbereiden & oefeningen -> bijvoorbeeld: wat kan je doen om te oefenen of je voor te bereiden?
  7. Inspiratie: vastleggen &  lessen -> bijvoorbeeld: wat leer je en heb je geleerd?
  8. Ervaring: vooruithelpen & hulp -> hoe kan je jezelf nuttig maken?
  9. Beslissing: Uitvoeren en tot resultaat brengen -> bijvoorbeeld wat ga je kopen of kiezen?
  10. Evaluatie: Terugkijken en verder gaan -> bijvoorbeeld: wat komt hierna?
    JoHo: footprints achterlaten
    JoHo: pagina delen